De begeleiding van zieke werknemers moet verbeteren, daar zijn werkgevers en vakbonden het over eens. Het moet effectiever, met meer kennis van zaken, met aandacht voor preventie en re-integratie, én toegankelijk voor alle werkenden. Over de route naar betere arbeidsgerelateerde zorg bestaat nog wel verdeeldheid.
Dat staat in een ontwerpadvies dat de SER in zijn openbare vergadering van vrijdag 19 september zal behandelen. Naar verwachting zullen werkgevers en werknemers het niet eens worden over een eensluidend advies en zal het kabinet daarom een verdeeld advies worden aangeboden.
Relatie met reguliere zorg is knelpunt
Het ontwerpadvies is een vervolg op het SER-advies Stelsel voor gezond en veilig werken uit 2012. Daarin noemde de raad het ontbreken van een goede relatie tussen bedrijfsgezondheidszorg en reguliere zorg als een van de knelpunten.
De factor arbeid blijkt in de reguliere gezondheidszorg nog vaak een blinde vlek en kennis over arbeidsgeneeskunde schiet tekort. In de toekomst moet dat veranderen. Bovendien moet arbeidsgerelateerde zorg dan beschikbaar zijn voor alle werkenden (inclusief zzp’ers) en werkzoekenden, in het belang van hun gezondheid en duurzame inzetbaarheid.
Inspelen op veranderende arbeidsmarkt
Het ontwerpadvies schetst een toekomstvisie voor de arbeidsgerelateerde zorg en wijst daarbij in het bijzonder op veranderingen op de arbeidsmarkt en het toegenomen belang van duurzame inzetbaarheid van werkenden. Deze visie wordt unaniem onderschreven door de leden van de commissie die het ontwerpadvies heeft voorbereid. Zij gaan ervan uit dat verschillende vormen van arbeidsgerelateerde zorg naast elkaar kunnen bestaan:
• binnen het bedrijf (interne arbodiensten);
• binnen branche, sector of regio;
• door de huisarts of de eerstelijnsgezondheidszorg.
Verbeteren melden beroepsziekten
Voor een kwalitatief betere arbeidsgerelateerde zorg is een (robuuste) ondersteuning nodig door een goed toegankelijke kennisinfrastructuur. Deze kan inzichten en kennis over arbeidsgerelateerde gezondheidsproblemen, diagnose en behandeling samenbrengen en verspreiden. Dit verbetert bovendien de signalering, diagnostiek en preventie van beroepsziekten.
Het ontwerpadvies bevat ook voorstellen om het melden van beroepsziekten door bedrijfsartsen te verbeteren.
Grotere effectiviteit en efficiency van zorg kunnen minder verzuim, minder uitval en minder zorgkosten met zich brengen en daarmee ook minder kosten voor werkgevers, werknemers en de samenleving.
Verdeeldheid over route naar betere zorg
Binnen de commissie van voorbereiding bestaan verschillende opvattingen over de route die zou moeten worden gevolgd om tot een betere arbeidsgerelateerde zorg te komen.
Een deel van de commissie benadrukt dat de werkgevers, in samenspraak met het medezeggenschapsorgaan, de regie moeten blijven voeren op het verzuimmanagement. Bedrijven bepalen zelf met welke arbodiensten en deskundigen ze een contract afsluiten voor arbodienstverlening.
Een ander deel van de commissie pleit voor investeringen en wettelijke ondersteuning om de gewenste verbeteringen te realiseren. Dit deel pleit onder meer voor een andere financiering van de bedrijfsarts en voor een wettelijk gewaarborgde toegang tot de bedrijfsarts.
CNV: werkgevers meer achter de broek zitten
‘Als we echt willen dat zieke werknemers goed begeleid worden, dan moet de overheid werkgevers meer achter de broek zitten. Bij de Inspectie SZW is slechts één inspecteur die zich hiermee bezighoudt. Op die manier wordt het natuurlijk nooit wat.’ Dat zegt de voorzitter van vakbond CNV Maurice Limmen naar aanleiding van de publicatie van het SER-ontwerpadvies 'Toekomst arbeidsgerelateerde zorg'.
De SER bepleit een stelsel op drie niveaus: arbodiensten op bedrijfsniveau voor bedrijven, sectorale of regionale arbodiensten en zorgverlening via de huisarts waar nodig. Limmen: ‘Dit is in theorie een goed stelsel, waarin iedereen die ziek wordt toegang zou moeten krijgen tot zorg. Maar de overheid moet zorgen voor een stok achter de deur zodat werkgevers zich ook daadwerkelijk gaan inzetten om zieke werknemers te helpen. We kunnen dit niet aan de markt overlaten. Zolang het een papieren werkelijkheid blijft en werkgevers niet verplicht worden tot uitvoering, schieten werkenden er weinig mee op.’
Branche is blij met behoud keuzevrijheid
De Organisatie voor Vitaliteit, Activering en Loopbaan (OVAL) vindt het ‘een gemiste kans’ dat er een verdeeld advies dreigt. Het advies beperkt zich nu tot arbeidsomstandigheden en ziekteverzuim, terwijl de huidige en toekomstige arbeidsmarkt een visie en benadering vereisen gericht op het duurzaam inzetbaar zijn van de werkende mens. Positief vindt de brancheorganisatie dat er een aantal verbeteringen wordt doorgevoerd in het huidige stelsel. Daarbij is OVAL blij dat werkgevers en werknemers hun keuzevrijheid bij het inrichten van arbeidsgerelateerde zorg behouden.
OVAL vindt het goed dat de vakbeweging heeft aangedrongen op een discussie over de toekomst van de arbeidsgerelateerde zorg. Van der Pol: ‘Het voeren van de discussie heeft geleid tot positieve resultaten. Zo wordt het makkelijker voor ZZP’ers om toe te treden tot de arbeidsgerelateerde zorg en blijft de keuzevrijheid van werkgevers bij de inrichting van de zorg en de keuze voor een dienstverlener bestaan. Het is jammer dat de vakbeweging deze keuzevrijheid niet ondersteunt.’