Nu het weer goed gaat met de economie en de arbeidsmarkt, moeten we in actie komen om mensen die achterblijven een steuntje in de rug te geven. Want anders vallen mensen met weinig kansen op de arbeidsmarkt, definitief buiten de boot, waarschuwt het UWV.
Dat staat in de Arbeidsmarktanalyse 2017 die UWV vandaag heeft gepubliceerd. Het rapport, opgesteld in samenwerking met onderzoeksbureau Panteia, beschrijft de belangrijkste uitdagingen voor de Nederlandse arbeidsmarkt.
Het rapport belicht de lastige positie van laag opgeleide mannen en vrouwen zonder diploma, middelbaar opgeleide vrouwen in (bijvoorbeeld) administratieve beroepen, niet-westerse migranten, arbeidsgehandicapten en (oudere) langdurig werklozen. Zij dreigen definitief baanloos te blijven, waardoor zij ook maatschappelijk ver achterop raken.
Technologie laat banen verdwijnen, maar ook ontstaan
Het rapport laat zien dat vraag en aanbod op de Nederlandse arbeidsmarkt steeds vaker niet op elkaar aansluiten. Door technologische ontwikkelingen krimpt het aantal banen op laag en middelbaar niveau en groeit de vraag naar hoogopgeleide werknemers. Deze trend is onder meer zichtbaar in administratieve functies, zoals in de bankensector. Maar nieuwe technologie kan ook werkgelegenheid aan de onderkant van de arbeidsmarkt creëren.
Verder blijkt uit het rapport dat meer bedrijven belemmeringen ervaren vanwege een tekort aan personeel. Dit geeft volgens het UWV aan dat er niet alleen een maatschappelijk belang is om iedereen te laten participeren, maar vooral ook een economisch belang.
Ondanks groei, niet genoeg werk voor iedereen
Ondanks de mooie groei van de Nederlandse economie, neemt de werkgelegenheid niet genoeg toe om iedereen die kan of wil werken een betaalde baan te bieden. Daarmee dreigt maatschappelijke uitsluiting voor de groepen die in de crisis hun arbeidsmarktpositie al zagen verslechteren.
De werkloosheid blijft naar verwachting hoger dan na vorige crises, aldus het rapport. Zo bedroeg het werkloosheidspercentage in 2008 gemiddeld slechts 3,7 procent, terwijl dit in 2016 gemiddeld 6,0 procent was.
Langdurig aan de kant door slechte arbeidsmarktpositie
Mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt, of met weinig kansen, slagen er minder vaak in om vanuit werkloosheid weer werk te vinden. En als ze al werk vinden, is dat meestal een flexbaan. Ondanks de economische groei staan kansarme werknemers die de afgelopen periode hun baan verloren, dus langdurig aan de kant.
Het UWV pleit er dan ook voor, dat deze mensen kunnen meedoen door te werken. De uitvoeringsinstantie wil dienstverlening op deze groep richten, maar meer loopbaanzekerheid is ook nodig.