In Nederland worden inkomens belast, om de welvaartsstaat in stand te houden. Mensen die dat nodig hebben, ontvangen juist geld in de vorm van belastingkortingen, sociale regelingen en toeslagen. Dat stelsel is in de loop van de tijd erg ingewikkeld geworden, waardoor fouten worden gemaakt in de uitvoering. Mensen die recht hebben op ondersteuning, weten dat niet altijd en maken er dan geen gebruik van. Sinds het toeslagenschandaal durven mensen soms ook geen ondersteuning meer te vragen, uit angst voor fouten, terugvorderingen en vervolging. Een nieuwe aanpak moet hierin duidelijkheid gaan scheppen.
Het kabinet werkt daarvoor aan een hervormingsagenda voor inkomensondersteuning, gericht op een begrijpelijker en rechtvaardiger systeem dat meer bestaanszekerheid biedt en werken lonender maakt. Daarbij worden ook regelingen betrokken die voor HR direct relevant zijn, zoals de WW, WIA en de kinderopvangtoeslag.
In een uitvoerige brief aan de Tweede Kamer licht minister Van Hijum (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) toe hoe complexe regels en bureaucratische hindernissen worden aangepakt om mensen in kwetsbare posities beter te ondersteunen.
Sociaal stelsel is veel te ingewikkeld geworden
Het stelsel van toeslagen, sociale zekerheid en fiscale ondersteuning kampt met grote complexiteit. Mensen in verschillende levensfases—zoals werkloosheid, ouderdom, of arbeidsongeschiktheid—moeten vaak meerdere regelingen combineren om rond te komen. De huidige opzet leidt echter regelmatig tot:
Breed draagvlak nodig voor keuzes
Wie de Kamerbrief leest en de ambities van het kabinet op een rijtje zet, begrijpt dat een stelselwijziging er niet één-twee-drie is. En ook het kabinet denkt dat er nog heel wat te overwinnen is, voordat de veranderingen erdoor zijn. Want ondanks de beste bedoelingen om mensen meer zekerheid te bieden, kunnen veranderingen ook betekenen sommige groepen er juist financieel op achteruitgaan.
Daarom zijn eenduidige politieke keuzes en breed draagvlak nodig om deze hervormingen succesvol door te voeren. Daarbij blijft de armoedebestrijding een prioriteit, met als doel om de bestaanszekerheid van alle burgers te versterken. De eerste concrete stappen worden verwacht in 2025, met wetsvoorstellen en proefprojecten die een beeld geven van welke kant het moet opgaan.
Drie doelen van de hervorming
De hervormingsagenda richt zich op drie kerndoelen, waar verschillende bewindspersonen aan werken. Het nieuwe stelsel moet meer bestaanszekerheid bieden, begrijpelijk zijn en is erop gericht dat meer werken, ook meer moet gaan lonen.
Het stelsel moet een stabiel en voorspelbaar inkomen garanderen, zonder onverwachte financiële risico’s waardoor mensen onnodig in de stress raken. Daarvoor moeten de verschillende regelingen eenvoudiger zijn en beter bij elkaar passen. Mensen moeten weten waar ze recht op hebben en hoe ze daarvan gebruik kunnen maken. En als mensen meer gaan verdienen, moeten ze daar ook meer van overhouden. Zonder dat hun toeslagen direct helemaal wegvallen en daardoor het voordeel van meer werken verdwijnt.
Belangrijke stappen in de hervorming |
|
|
|
|