RSI blijkt niet meer te bestaan voor de Nederlandse medische wereld. Niet dat alle klachten ineens zijn verdwenen, maar de medici hebben die tegenwoordig omgedoopt in KANS. Van muisarm naar KANS-arm. Met het oprukken van de computers op het werk en thuis in de jaren tachtig en negentig hadden volksstammen last van RSI: Repetitive Strain Injury. Klachten in arm, nek, schouder De Nederlandse medici spreken tegenwoordig niet meer van RSI, maar van KANS: Klachten in Arm, Nek, Schouder. Jaren geleden was RSI/KANS nog beroepsziekte nummer 1. Tegenwoordig horen we er niet zoveel meer over. Maar dat betekent nog niet dat de klachten zijn verdwenen. Dat RSI-klachten tegenwoordig KANS heten, lazen we in een persbericht van de Universiteit Maastricht. Vandaag promoveert daar revalidatiearts Marjon van Eijsden op een onderzoek naar KANS-klachten. Volgens haar hebben de meeste mensen ermee leren leven. Voor hen hoort het er gewoon bij. Heeft toch iedereen? In één van haar onderzoeken vergeleek Van Eijsden 88 beeldschermwerkers met beginnende klachten met 78 beeldschermwerkers zonder klachten. De beeldschermwerkers met nog maar beginnende klachten bleken zich enorme zorgen te maken. Opvallend is dat 60% van de groep zonder klachten toch last van dezelfde verschijnselen had als werknemers die wel RSI-klachten hadden. Maar deze werknemers maakten zich er niet druk om en bleven zonder problemen aan het werk. Een typerende reactie uit deze groep: "Deze klachten heeft toch iedere beeldschermwerker?" Perfectionisten en bange mensen Uit het onderzoek kwam naar voren dat mensen die wel KANS-klachten meldden, vaak een perfectionistische instelling hebben of angstig zijn. "Je zou het een soort Pavlov-reactie van dit type mensen op hun werk kunnen noemen. Tijdens vakantie hebben ze nauwelijks last en als ze op het einde ervan weer aan het werk gaan denken, speelt KANS weer op", aldus de gepromoveerde arts. Volgens haar blijven houding en afwisseling van werk van belang, maar is het karakter van de patiënt het meest belangrijk. Perfectionisten moeten daar mee leren omgaan met behulp van een psycholoog. Voor angstige beeldschermwerkers ziet Van Eijsden cognitieve gedragstherapie als oplossing. Ook via Twitter kun je Personeelslog volgen: Twitter.com/Personeelslog.
RSI blijkt niet meer te bestaan voor de Nederlandse medische wereld. Niet dat alle klachten ineens zijn verdwenen, maar de medici hebben die tegenwoordig omgedoopt in KANS. Van muisarm naar KANS-arm.
Met het oprukken van de computers op het werk en thuis in de jaren tachtig en negentig hadden volksstammen last van RSI: Repetitive Strain Injury.
Klachten in arm, nek, schouder
De Nederlandse medici spreken tegenwoordig niet meer van RSI, maar van KANS: Klachten in Arm, Nek, Schouder.
Jaren geleden was RSI/KANS nog beroepsziekte nummer 1. Tegenwoordig horen we er niet zoveel meer over. Maar dat betekent nog niet dat de klachten zijn verdwenen.
Dat RSI-klachten tegenwoordig KANS heten, lazen we in een persbericht van de Universiteit Maastricht. Vandaag promoveert daar revalidatiearts Marjon van Eijsden op een onderzoek naar KANS-klachten. Volgens haar hebben de meeste mensen ermee leren leven. Voor hen hoort het er gewoon bij.
Heeft toch iedereen?
In één van haar onderzoeken vergeleek Van Eijsden 88 beeldschermwerkers met beginnende klachten met 78 beeldschermwerkers zonder klachten.
De beeldschermwerkers met nog maar beginnende klachten bleken zich enorme zorgen te maken.
Opvallend is dat 60% van de groep zonder klachten toch last van dezelfde verschijnselen had als werknemers die wel RSI-klachten hadden. Maar deze werknemers maakten zich er niet druk om en bleven zonder problemen aan het werk. Een typerende reactie uit deze groep: "Deze klachten heeft toch iedere beeldschermwerker?"
Perfectionisten en bange mensen
Uit het onderzoek kwam naar voren dat mensen die wel KANS-klachten meldden, vaak een perfectionistische instelling hebben of angstig zijn.
"Je zou het een soort Pavlov-reactie van dit type mensen op hun werk kunnen noemen. Tijdens vakantie hebben ze nauwelijks last en als ze op het einde ervan weer aan het werk gaan denken, speelt KANS weer op", aldus de gepromoveerde arts.
Volgens haar blijven houding en afwisseling van werk van belang, maar is het karakter van de patiënt het meest belangrijk. Perfectionisten moeten daar mee leren omgaan met behulp van een psycholoog. Voor angstige beeldschermwerkers ziet Van Eijsden cognitieve gedragstherapie als oplossing.
Ook via Twitter kun je Personeelslog volgen: Twitter.com/Personeelslog.