Onderbetaling van werknemers komt minder voor
Vrouwen, deeltijders en jongeren vaker de klos.
Ongeveer 36.000 werknemers werden eind 2004 onderbetaald, bijna de helft minder dan in 2001. Het gaat vooral om jongeren, deeltijders en vrouwen. Onderbetaling komt het meest voor in kleine bedrijven. Dat blijkt uit representatief onderzoek van de Arbeidsinspectie naar de betaling van minimumloon bij ruim 2.500 Nederlandse bedrijven.
Het aantal werknemers dat minder verdient dan het wettelijk minimumloon is gedaald van 1,1 procent in 2001 tot 0,6 procent in 2004. Ook het aantal mensen dat het minimumloon verdient neemt af, van 2,1 procent in 2001 tot 1,5 procent in 2004.
Onderbetaling gebeurt het meest in kleine bedrijven, vooral in de landbouw, de horeca en de detailhandel. Ook zijn mensen in de laagste functies het vaakst de klos. Een kwart van de onderbetaalde werknemers krijgt 5 procent minder dan het minimumloon, maar ruim de helft krijgt 5 tot 20 procent te weinig en een vijfde verdient zelfs meer dan 20 procent te weinig.
Een oorzaak van de onderbetaling is bijvoorbeeld dat werkgevers nalaten om de
halfjaarlijkse verhogingen van het minimumloon (in januari en juli) door te berekenen. Bij deeltijders wordt de onderbetaling voornamelijk veroorzaakt doordat ze met hun werkgever een nettoloon afspreken. Omgerekend naar het brutoloon valt dit nettobedrag vaak lager uit dan het minimumloon. Ook komt het regelmatig voor dat de werkgever het loon van de deeltijder berekent naar rato van een 40-urige werkwerk terwijl in hetbedrijf een 36 of 38-urige werkwerk geldt.