De meerderheid van de senior executives, directeuren en ondernemers wereldwijd heeft geen plannen om in de toekomst bedrijfsprocessen uit te besteden. Hoewel besluitvormers erkennen dat outsourcing kán leiden tot kostenbesparing en procesefficiëntie, zijn zij bezorgd de controle op een belangrijk proces te verliezen.
Dit blijkt uit het onderzoeksrapport ‘Outsourcing: driving efficiency and growth’ van Grant Thornton. Grant Thornton deed onderzoek onder 3.300 besluitvormers in het mid-market segment in 45 economieën om inzicht te krijgen in gedrag ten aanzien van outsourcing. Welke diensten worden geoutsourcet en om welke reden? Wat belemmert organisaties in hun keuzes en hoe kunnen deze obstakels worden opgeruimd?
Het International Business Report laat zien dat 60% van de mid-market bedrijven wereldwijd op korte termijn geen plannen heeft om een bedrijfsproces uit te besteden. Outsourcing komt het minst voor in Zuidoost-Azië (26%), Oost-Europa (31%) en Scandinavië (33%). Daarentegen maakt meer dan de helft van de bedrijven in Zuid-Europa (64%) en Latijns-Amerika (51%) op het moment gebruik van outsourcing-leveranciers of is dit van plan. Het gemiddelde voor de eurozone is 35%, vooral gedreven door Zuid-Europa waar gemiddeld 64% van de diensten worden uitbesteed.
Nederland: veel IT, weinig administratie
In Nederland staat 42% van de besluitvormers open voor outsourcing van backofficediensten. Een relatief hoog percentage in vergelijking met andere West-Europese landen, waaronder België en Frankrijk (rond 25%) en Duitsland (11%). Met name het uitbesteden van IT-processen blijkt populair in ons land. Financiële diensten, zoals het samenstellen van jaarrekeningen (19%), het voorbereiden van de accountantscontrole (19%) en boekhouding (5%), worden het minst uitbesteed.
Wereldwijd zullen de komende periode Tax-processen het vaakst worden uitbesteed (49%), gevolgd door IT (46%) en HR-Payroll (36%).
Van de groep bedrijven die momenteel backofficediensten uitbesteedt (of dit voornemen heeft), geeft 57% wereldwijd aan efficiëntieverbetering als de belangrijkste drijfveer te zien, en daarna kostenverlaging (55%). In Nederland gaat het om respectievelijk 58% en 57%. Opvallend is dat slechts een derde van de Nederlandse respondenten de drijfveer Waarborgen dat de staf zich op haar core business kan focussen noemt, terwijl deze op eurozone-niveau wél belangrijk wordt geacht.
Ook voor de bedrijven die géén plannen tot outsourcing hebben, zijn kostenverlaging (41%) of procesefficiëntie (33%) de belangrijkste redenen om het wél te overwegen.
Grant Thornton vroeg respondenten ook naar de belangrijkste barrières op het gebied van outsourcing. Op nummer 1 staat de vrees om controle te verliezen over een bedrijfsproces. Wereldwijd geeft 44% van de managers dit aan, onder Nederlandse managers stijgt het percentage tot zelfs 59%.