In 2025 willen werkgevers dat de lonen weer ‘terug naar normaal’ gaan. Ze zijn bang dat de Nederlandse economie kapotgaat door de hoge loonstijgingen van de afgelopen paar jaar. Want de hoge lonen jagen inflatie aan, waardoor Nederland onaantrekkelijk wordt als exportland. Maar vakbond FNV vindt dat de politieke voornemens voor betere bestaanszekerheid vertaald moeten worden in meer geld voor werknemers. De loonverschillen zijn nu veel te groot, vindt de bond, die erop wijst dat de ceo’s van grote bedrijven (de ‘fat cats’) nu al evenveel hebben verdiend als een minimumloner in een heel jaar.
Werkgersvereniging AWVN vreest voor de economie, na alarmerende berichten van het IMF en De Nederlandsche Bank en geluiden uit de industrie over mogelijke faillissementen en bedrijfsverhuizingen.
Historisch hoge lonen
De gemiddelde loonafspraak waarover werkgevers en vakbonden het in 2024 eens werden, kwam uit op 5,3 procent. Dat is lager dan de historisch hoge van 7,1 procent van 2023, maar nog steeds veel hoger dan volgens AWVN gezond is voor Nederland.
De loonstijgingen zorgen voor hogere prijzen, met als gevolg dat spaargeld en pensioenen minder waard worden. De hoge inflatie heeft ook een negatief effect op het concurrentievermogen van vooral internationaal opererende bedrijven.
Fat Cat Day: minimumloners versus ceo’s
Op dinsdag 7 januari was het 'Fat Cat Day', stelt vakbond FNV. Dat is de dag waarop de 16 meest invloedrijke ceo’s in Nederland al evenveel hebben verdiend als iemand met een minimumloon in een heel jaar.
Grote bedrijven roepen op tot loonmatiging, terwijl zij enorme winsten hebben, stelt de bond. Maar die oproep geldt kennelijk niet voor ceo’s zelf, ‘terwijl de productie draaiende wordt gehouden door werknemers die nauwelijks rondkomen.’ De FNV pleit daarom voor een minimumloon van 16 euro per uur, gebaseerd op 60% van het mediane loon, zoals ook aanbevolen door een EU-richtlijn.
Minimumloon en politieke beloftes
Hoewel de verhoging van het minimumloon in 2023 breed werd gesteund, bleef verdere vooruitgang in 2024 uit. Een aangenomen verhoging sneuvelde in de Eerste Kamer, terwijl de Tweede Kamer naliet om het minimumloon vast te leggen op 60% van het mediane loon. Intussen profiteerden ceo's van fiscale voordelen, zoals het terugdraaien van de belasting op de inkoop van eigen aandelen.
Dat is ‘goed nieuws voor aandeelhouders’, aldus de FNV, ‘maar oneerlijk tegenover werknemers die niets terugzien van de winst die zij realiseren. Bestaanszekerheid begint met een leefbaar loon. Alleen door de pot eerlijker te verdelen kunnen we die belofte waarmaken.’
Vakbond overspeelt zijn hand
De arbeidsmarkt is krap en werkgevers hebben personeel dus hard nodig. De vakbonden staan sterk, maar nu overspelen zij toch hun hand, vindt AWVN. Voor het derde jaar op rij is het besteedbaar inkomen al gestegen. Vakbonden moeten ook oog houden voor de betaalbaarheid en het investeringsklimaat, vinden de werkgevers. En te hoge loonkosten en arbeidsonrust helpen daarbij niet.
AWVN bepleit daarom dat de lonen ‘terug naar normaal’ gaan. Dat wil zeggen dat de loonafspraken gebaseerd worden op de gezondheid en kracht van de bedrijven en niet op omstandigheden als koopkrachtcijfers. Verder wil AWVN dat het verdienvermogen van bedrijven en hun medewerkers beter wordt door afspraken en maatregelen die de arbeidsproductiviteit verhogen.