Tewerkstellingsvergunning blijft nodig.

Wanneer Bulgarije en Roemenië op 1 januari 2007 toetreden tot de Europese Unie, moeten werkgevers een tewerkstellingsvergunning blijven aanvragen als ze werknemers uit deze landen willen aannemen. Vrijwel alle oude EU-lidstaten voeren voor Bulgarije en Roemenië een overgangsregime in. Daarom heeft het kabinet besloten om nog niet over te gaan tot vrij verkeer van werknemers met deze landen.

De welvaartsverschillen tussen Roemenië en Bulgarije en de oude EU-lidstaten zijn volgens het kabinet zó groot, dat het volledig openstellen van de grens kan leiden tot een grote toestroom van Roemeense en Bulgaarse werknemers. Een tewerkstellingsvergunning blijft dus nodig. Die wordt alleen afgegeven wanneer in Nederland of de andere EU-lidstaten geen werknemers beschikbaar zijn. Ook moet de werkgever aantonen dat hij voldoende arbeidsvoorwaarden en huisvesting biedt.

De regeling geldt in principe voor twee jaar. Een jaar na toetreding wil het kabinet evalueren hoe de arbeidsmigratie zich ontwikkelt. Dan kan het beleid eventueel worden versoepeld. Over vijf jaar moeten de grenzen volledig opengaan voor werknemers uit de nieuwe landen, tenzij kan worden aangetoond dat de arbeidsmigratie de arbeidsmarkt ernstig dreigt te verstoren.