Als ze konden kiezen, zouden Nederlandse werknemers tussen de 18 en 34 jaar het liefst al op hun 60ste met pensioen gaan. Maar hoe ouder we worden, hoe belangrijker we werken vinden. Voor de inhoud, maar vooral voor het salaris. Oudere werknemers geven dan ook aan dat zij pas vier jaar later met pensioen willen, op de leeftijd van 64 jaar en in Nederland zelfs pas met 66 jaar.
Dit blijkt uit onderzoek van HR- en payrolldienstverlener SD Worx, uitgevoerd onder 5000 werknemers in België, Duitsland, Frankrijk, Nederland en het Verenigd Koninkrijk.
Nederlandse 55-plussers willen pensionering op 66e
SD Worx vroeg de Europese werknemers onder meer naar hun gewenste pensioenleeftijd. Die ligt bij Nederlandse 55-plussers aanzienlijk hoger (66 jaar) dan bij Europese collega’s. Zelfstandige ondernemers van 55+ met personeel willen gemiddeld het langst blijven werken: tot hun 68ste levensjaar. Dat is zelfs vier jaar langer dan het gemiddelde van werknemers in loondienst.
Het verschil onder jongeren is opmerkelijk: jonge zelfstandigen tussen 18 en 34 jaar willen doorgaans het vroegst met pensioen. Ook jongeren in loondienst willen relatief vroeg van hun pensioen gaan genieten. Maar jonge Nederlanders willen langer door blijven werken dan in de landen om ons heen: tot hun 60ste levensjaar.
Meer salaris om door te werken
De belangrijkste drijfveer om na de wettelijke pensioenleeftijd te blijven werken, is het salaris: gemiddeld zegt 36 procent van alle respondenten dat meer loon hen zou overhalen om nog niet met pensioen te gaan. Op nummer twee staat (31%) de vermindering van het aantal werkuren. De inhoud van het werk sluit de top drie af met (21%). Nederlandse werknemers tussen de 25 en 54 jaar oud willen het liefst langer doorwerken met een vermindering van het aantal werkuren.
“Opvallend is de splitsing binnen de groep 55-plussers: in elk land – behalve in Duitsland – geeft die groep aan dat ze het niet erg zou vinden om langer te werken dan de wettelijke pensioenleeftijd (gemiddeld 18%). Maar dit is ook de groep die het vaakst aangeeft dat niets hen langer aan het werk kan houden (gemiddeld 29%)”, zegt Mark Bloem, Directeur bij SD Worx Nederland. “Elke leeftijdscategorie wil vroeger dan de wettelijke pensioenleeftijd met pensioen gaan. Een duurzaam loopbaan- en HR-beleid is in dat verband cruciaal”, aldus Bloem.
Jonge werknemers ervaren meer stress
Opvallend is dat de 55-plussers zich vaker energiek voelen op het werk dan hun collega’s tussen 18 en 24 jaar. Zowat de helft (49%) van de oudere doelgroep geeft aan heel vaak te bruisen van energie. Bij de jongeren ligt dat percentage aanzienlijk lager, op 24 procent. Daarnaast geeft één op de vijf 55-plussers aan zich elke dag gezond en fit te voelen tijdens het werk, tegenover 12 procent van de jongere werknemers (18-24). Dat heeft wellicht te maken met de manier waarop het werk ervaren wordt. Ruim één op de drie werknemers (36%) uit de leeftijdscategorie 18-24 jaar vindt het werk vaak zwaar mentaal belastend. Vanaf 55 jaar zakt dit percentage naar 29 procent.
“We merken dat werknemers uit de oudere leeftijdscategorieën zich comfortabeler en meer fit of energiek voelen op de werkvloer omdat ze meer vertrouwd zijn met het takenpakket. Hun jarenlange ervaring zorgt ervoor dat ze zich minder snel zorgen maken en hun werk doorgaans goed onder controle hebben. Daarnaast zitten ze ook vaker in stabieler vaarwater dan een jonge werknemer, die aan het begin van zijn of haar carrière staat en meer stress ervaart door de werk-privébalans of financiële situatie. Het is aan de werkgever om regelmatig poolshoogte te nemen bij werknemers en tijdig in te grijpen”, besluit Mark Bloem.