Onderzoek naar werving- en selectiebeleid van scholen.

Net afgestudeerde allochtone leraren vinden minder snel en vaak een baan in het voortgezet onderwijs. Ook hebben zij vaker een tijdelijke aanstelling. Daarnaast zijn allochtone leraren minder vaak tevreden over hun loopbaan.

Dat blijkt uit het onderzoek Allochtone afgestudeerden van de lerarenopleiding van Ecorys in opdracht van het Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt (SBO) uit Den Haag.

In 2006 werkten ongeveer 3.500 allochtone leraren in het voortgezet onderwijs tegenover ruim 71.000 autochtone én westerse allochtone docenten.

Vaker geen vaste aanstelling
Tweederde van de (niet-westerse) allochtone startende leraren, heeft een baan gevonden in het voortgezet onderwijs Bij de autochtone leraar ligt dat aandeel op 70 procent.

Van de allochtone leraren zoekt 11 procent langer dan drie maanden naar een baan. Bij autochtonen ligt dat aandeel op 5 procent. Ook krijgt 53 procent van de allochtone starters geen vast contract. Van de autochtonen krijgt 44 procent dat niet.

Minder tevreden
Van de allochtone leraren is 58 procent tevreden met zijn loopbaan. Van de autochtone leraren is 71 procent tevreden. Allochtone leraren zijn minder vaak tevreden over hun salarisontwikkeling, zelfontplooiingskansen, krijgen van meer verantwoordelijkheid en over de teamsamenwerking.

Allochtone leraren denken wel, net zo vaak als hun autochtone collega’s, langer dan tien jaar in het onderwijs te werken.

Vervolgonderzoek
Het SBO doet onderzoek naar projecten die succesvol zijn voor een toename van het aantal allochtone leraren. Ook zet het SBO het werving- en selectiebeleid van scholen op een rij om vast te stellen of dat belemmerende elementen bevat voor het aantrekken van de leraren.