Nu het kabinet de kinderopvang minder subsidieert, krijgen kinderopvangbedrijven opeens te maken met een krimpende vraag. Wachtlijsten zijn daardoor als sneeuw voor de zon verdwenen, maar kinderopvangbedrijven hebben het daardoor ook zwaar.

Dat blijkt uit een analyse van het ING Economisch Bureau.  De omslag komt niet alleen door de overheidsbezuinigingen, maar ook door de economische crisis en de flexibilisering van de arbeidsmarkt. Het gevolg is dat de kinderopvangsector nu kampt met overcapaciteit. ‘Voor kinderopvangorganisaties wordt het een uitdaging zich staande houden in een krimpende markt’, aldus het ING Economisch Bureau.

Nog eens 15% minder vraag
Vorig jaar zette de vraagdaling al in en die zet dit en volgend jaar verder door. Voor 2013 wordt op een vraagdaling van ten minste 15% gerekend. In grote steden als Amsterdam, Utrecht en Den Haag valt het mee met de vraaguitval. Maar in Rotterdam en krimpregio’s als Zuid-Limburg en Oost-Groningen valt de vraag naar kinderopvang sterk terug.

Gevolg is dat de kinderopvang te maken krijgt met strategische overnames, terwijl bedrijven met te weinig vet op de botten vestigingen zullen sluiten, of zelfs failliet zullen gaan. Dit alles leidt er uiteindelijk toe dat de markt in 2014 weer enigszins in evenwicht is. Maar ook dan blijft de sector voor genoeg uitdagingen staan.

Kinderopvang moet flexibel en creatief zijn
Om de vraaguitval op te vangen en faillissement te voorkomen, is het voor kinderopvangorganisaties van belang dat ze een flexibele kostenstructuur hebben, zich van de concurrent weten te onderscheiden en de samenwerking met andere organisaties aangaan, zoals het onderwijs en sport- en welzijnsorganisaties, stelt het ING Economisch Bureau.