Mag billenknijpen als het een grapje is?

"Billenknijpen als grap toegestaan", was vandaag één van de best gelezen berichten bij nieuwssite Nu.nl. De Telegraaf hield het op "In billen collega knijpen geen doodzonde". Maar klopt de conclusie dat je een collega in de billen mag knijpen als je later zegt dat het een grapje was? Aanleiding voor de populaire berichtgeving is een uitspraak die de Hoge Raad al op 10 juli heeft gedaan. Gisteren schreef arbeidsjurist Maarten van Gelderen er een bericht over voor Ontslag.nl. De kop hierboven 'Hoge Raad: kneepje in bil is geen seksuele intimidatie' trok snel de aandacht van andere media. Zeven jaar procederen De uitspraak van de Hoge Raad is het sluitstuk van bijna zeven jaar procederen. Tijdens een kerstborrel in 2002 heeft de directeur van een organisatie "bij het binnentreden van de slechts met kaarslicht verlichte recreatiezaal eiser in de billen geknepen en het woord 'darkroom' gebruikt", aldus de omschrijving in de uitspraak van de Hoge Raad. Geen seksuele lading Interessant aan de uitspraak is dat de Hoge Raad stelt dat er niet zonder meer sprake is van seksuele intimidatie als de klager "zich seksueel geïntimideerd voelt". Volgens de Hoge Raad heeft bij één van de eerdere rechtszaken in deze kwestie de rechter er terecht rekening mee gehouden dat het billenknijpen voor de directeur "geen seksuele lading had". Een lagere rechter heeft dan ook terecht geconstateerd dat er géén sprake is van seksuele intimidatie, al was de daad "wel in strijd met de zorgvuldigheid die in het maatschappelijk verkeer ten aanzien van (de persoonlijke integriteit van) van de eiser betaamt". Grappen De uitspraak van de Hoge Raad betrekt uitgebreid de omstandigheden in de uitspraak: er was sprake van "geen enkele seksuele bijbedoeling" het billenknijpen paste "hoe ongewenst ook" min of meer bij de grappen die beide betrokkenen onderling maakten het knijpen vond "niet in het geniep maar openlijk plaats" in aanwezigheid van twee collega's en daarop is lachend gereageerd, ook door de klager bij het incident heeft géén rol gespeeld dat de directeur de meerdere was van de klagende medewerker. Vrijbrief Uit de uitspraak van de Hoge Raad blijkt dat voor een veroordeling voor seksuele intimidatie niet alleen gekeken wordt naar de manier waarop de klager zegt iets te hebben ervaren, maar ook naar de specifieke omstandigheden. Maar daarmee heeft de Hoge Raad nog geen vrijbrief gegeven voor het billenknijpen onder collega's.

"Billenknijpen als grap toegestaan", was vandaag één van de best gelezen berichten bij nieuwssite Nu.nl. De Telegraaf hield het op "In billen collega knijpen geen doodzonde".

Maar klopt de conclusie dat je een collega in de billen mag knijpen als je later zegt dat het een grapje was?

Aanleiding voor de populaire berichtgeving is een uitspraak die de Hoge Raad al op 10 juli heeft gedaan. Gisteren schreef arbeidsjurist Maarten van Gelderen er een bericht over voor Ontslag.nl. De kop hierboven 'Hoge Raad: kneepje in bil is geen seksuele intimidatie' trok snel de aandacht van andere media.

Zeven jaar procederen
De uitspraak van de Hoge Raad is het sluitstuk van bijna zeven jaar procederen. Tijdens een kerstborrel in 2002 heeft de directeur van een organisatie "bij het binnentreden van de slechts met kaarslicht verlichte recreatiezaal eiser in de billen geknepen en het woord 'darkroom' gebruikt", aldus de omschrijving in de uitspraak van de Hoge Raad.

Geen seksuele lading
Interessant aan de uitspraak is dat de Hoge Raad stelt dat er niet zonder meer sprake is van seksuele intimidatie als de klager "zich seksueel geïntimideerd voelt".

Volgens de Hoge Raad heeft bij één van de eerdere rechtszaken in deze kwestie de rechter er terecht rekening mee gehouden dat het billenknijpen voor de directeur "geen seksuele lading had". Een lagere rechter heeft dan ook terecht
geconstateerd dat er géén sprake is van seksuele intimidatie, al was de daad "wel in strijd met de zorgvuldigheid die in het maatschappelijk verkeer ten aanzien van (de persoonlijke integriteit van) van de eiser betaamt".

Grappen
De uitspraak van de Hoge Raad betrekt uitgebreid de omstandigheden in de uitspraak:


  • er was sprake van "geen enkele seksuele bijbedoeling"

  • het billenknijpen paste "hoe ongewenst ook" min of meer bij de grappen die beide betrokkenen onderling maakten

  • het knijpen vond "niet in het geniep maar openlijk plaats" in aanwezigheid van twee collega's en daarop is lachend gereageerd, ook door de klager

  • bij het incident heeft géén rol gespeeld dat de directeur de meerdere was van de klagende medewerker.


Vrijbrief
Uit de uitspraak van de Hoge Raad blijkt dat voor een veroordeling voor seksuele intimidatie niet alleen gekeken wordt naar de manier waarop de klager zegt iets te hebben ervaren, maar ook naar de specifieke omstandigheden. Maar daarmee heeft de Hoge Raad nog geen vrijbrief gegeven voor het billenknijpen onder collega's.
Doorsturen:

Neem een abonnement en download 456 exclusieve vakartikelen en 286 actuele HR-instrumenten!

Wilt u als HR-professional ook niks meer missen op uw vakgebied?