Veel ondernemingsraden hebben geen duidelijk beeld van de scholing die zij nodig hebben om hun werk goed te kunnen doen. Bij tweederde van de OR’en is er dan ook geen scholings- of ontwikkelingsplan. Waar wel een plan is, is dit zelden concreet ingevuld en uitgewerkt.
OR’en volgen meer korte cursussen, met meer open inschrijving in plaats van maatwerk. Verder zetten OR’en vaker deskundigen in. Dat blijkt uit een onderzoek in opdracht van de SER naar de ontwikkelingen in scholing van OR-leden.
Geen verplichte werkgeversheffing meer
In 2013 is de verplichte werkgeversheffing voor scholing en vorming van OR-leden afgeschaft. Tegelijkertijd werd toen in de Wet op de ondernemingsraden (WOR) het scholingsrecht van OR-leden op kosten van de werkgever versterkt.
De SER heeft nu laten onderzoeken of de wijziging van de WOR van invloed is geweest op scholing. Dat blijkt meestal niet het geval te zijn. Het onderzoek biedt verder inzicht in de huidige stand van zaken van de scholing van OR’en, de ontwikkelingen daarin en de verwachtingen voor de toekomst.
Bestuurders en OR vinden scholing nuttig
Uit het onderzoek blijkt dat OR’en en bestuurders scholing nuttig en effectief vinden. Bij ruim de helft van de OR’en is de scholingsomvang tussen 2011 en 2015 ongewijzigd, bij 20 procent is deze afgenomen, bij 10 procent is deze toegenomen en 15 procent van de OR’en weet het niet.
Over de kwaliteit en bruikbaarheid van de scholing is men positief: die is eerder beter dan slechter geworden.
Soms minder behoefte aan scholing
Waar sprake is van een wijziging van het aantal dagdelen scholing is vaker sprake van een afname dan van een toename van de hoeveelheid scholing. Driekwart van de OR’en benut ook niet al zijn scholingsrechten. Belangrijkste redenen zijn: