Oosteuropese werknemers nu al welkom in vijf sectoren
Vacatures melden bij CWI niet meer nodig.
Werknemers uit Polen en zeven andere nieuwe EU-lidstaten kunnen vanaf deze maand gemakkelijker aan de slag in de agrarische sector, de binnenscheepvaart, slachterijen en visfileerbedrijven, wetenschappelijk onderzoek en de kleinmetaal. Voor deze sectoren en bedrijfstakken geeft het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) sneller een tewerkstellingsvergunning af.
Er is geen arbeidsmarkttoets meer nodig voor werknemers uit Polen, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Slovenië, Slowakije of Tsjechië. Hierdoor zijn werkgevers niet langer verplicht om eerst te werven onder werknemers uit Nederland of de oude EU-lidstaten. Ook hoeven ze hun vacatures niet meer aan te melden bij het CWI. Nu kost het hen gemiddeld 10 weken om een vergunning te krijgen. Na de versoepeling kan dat teruglopen tot twee weken.
Het kabinet wil dat werknemers uit de nieuwe EU-landen vanaf volgend jaar op de arbeidsmarkt gelijk worden behandeld als werknemers uit Nederland en de oude EU-landen. Ze hebben dan geen tewerkstellingsvergunning meer nodig. Vooruitlopend op het volledig vrije verkeer van werknemers wil het kabinet al dit jaar de vergunningen in verschillende sectoren stapsgewijs soepeler en sneller afgeven.
Het besluit om eerst vijf sectoren versneld open te stellen is tot stand gekomen na raadpleging van sociale partners. In de sectoren waar de arbeidsmarkttoets nu vervalt, is vaak sprake van een (dreigend) tekort aan Nederlandse werknemers.