Vijftiger is niet te oud om te leren, riep het dagblad Trouw werkgevers toe vanaf zijn voorpagina. Te oud om te leren? "Het gaat steeds minder op. De Nederlander blijkt inmiddels rond zijn 50ste het meest productief", aldus de krant zaterdag. De bevolking vergrijst. Om onze welvaart betaalbaar te houden, zullen volgens het kabinet werknemers langer moeten doorwerken. Daarom is het belangrijk dat werknemers hun kennis en vaardigheden up to date houden. Maar veel werkgevers zijn terughoudend met het investeren in oudere medewerkers. Ook ouderen zelf geloven het vaak wel. Meest productief Het scholen van oudere werknemers heeft echt wel degelijk zin, vinden Ton Wilthagen en Sonja Bekker, wetenschappers van de Universiteit van Tilburg. In Trouw wijzen ze op onderzoek dat aantoont dat de leeftijdsgrens opschuift waarop mensen nog makkelijk dingen leren. "De piekleeftijd waarop werkenden het meest productief zijn en zich dus nieuwe zaken eigen kunnen maken, ligt nu rond 50 jaar. Vorige generaties bereikten nog de top tussen het 40ste en 45ste levensjaar", aldus de krant. Overigens gaat het hier om een gemiddelde. In sommige beroepen pieken werknemers nu eenmaal later. De krant noemt hoogleraren als voorbeeld van "typische laatbloeiers die op hogere leeftijd zeer productief zijn". Maar, "het is ook een kwestie van onderhoud en blijven doen”, zegt Ton Wilthagen in Trouw. Wie betaalt? Niet voor niets heeft de Commissie Arbeidsparticipatie ("Bakker") het kabinet geadviseerd voor iedere werknemer een werkbudget in te stellen waarmee deze kan investeren in zijn eigen inzetbaarbaarheid. Als het aan de Commissie Bakker ligt, betaalt iedereen mee aan het werkbudget: werkgevers, de werknemer, sociale partners en de overheid. De Tilburgse wetenschappers vinden de voorstellen van de commissie niet ver genoeg gaan. Zij bepleiten een publiek scholingssysteem zoals Denemarken dat heeft. "Denen zijn niet afhankelijk van werkgevers die in hen willen investeren of van de beschikbaarheid van scholingsfondsen binnen hun sector." In Nederland polderland praten werknemers, werkgevers en overheid tijdens het najaarsoverleg weer over scholing. Maar werkgevers die willen dat hun werknemers bijblijven, hoeven hier natuurlijk niet op te wachten. Zeker nu blijkt dat vijftigers niet te oud zijn om te leren.
Vijftiger is niet te oud om te leren, riep het dagblad Trouw werkgevers toe vanaf zijn voorpagina. Te oud om te leren? "Het gaat steeds minder op. De Nederlander blijkt inmiddels rond zijn 50ste het meest productief", aldus de krant zaterdag.
De bevolking vergrijst. Om onze welvaart betaalbaar te houden, zullen volgens het kabinet werknemers langer moeten doorwerken. Daarom is het belangrijk dat werknemers hun kennis en vaardigheden up to date houden.
Maar veel werkgevers zijn terughoudend met het investeren in oudere medewerkers. Ook ouderen zelf geloven het vaak wel.
Meest productief
Het scholen van oudere werknemers heeft echt wel degelijk zin, vinden Ton Wilthagen en Sonja Bekker, wetenschappers van de Universiteit van Tilburg. In Trouw wijzen ze op onderzoek dat aantoont dat de leeftijdsgrens opschuift waarop mensen nog makkelijk dingen leren.
"De piekleeftijd waarop werkenden het meest productief zijn en zich dus nieuwe zaken eigen kunnen maken, ligt nu rond 50 jaar. Vorige generaties bereikten nog de top tussen het 40ste en 45ste levensjaar", aldus de krant.
Overigens gaat het hier om een gemiddelde. In sommige beroepen pieken werknemers nu eenmaal later. De krant noemt hoogleraren als voorbeeld van "typische laatbloeiers die op hogere leeftijd zeer productief zijn".
Maar, "het is ook een kwestie van onderhoud en blijven doen”, zegt Ton Wilthagen in Trouw.
Wie betaalt?
Niet voor niets heeft de Commissie Arbeidsparticipatie ("Bakker") het kabinet geadviseerd voor iedere werknemer een werkbudget in te stellen waarmee deze kan investeren in zijn eigen inzetbaarbaarheid. Als het aan de Commissie Bakker ligt, betaalt iedereen mee aan het werkbudget: werkgevers, de werknemer, sociale partners en de overheid.
De Tilburgse wetenschappers vinden de voorstellen van de commissie niet ver genoeg gaan. Zij bepleiten een publiek scholingssysteem zoals Denemarken dat heeft. "Denen zijn niet afhankelijk van werkgevers die in hen willen investeren of van de beschikbaarheid van scholingsfondsen binnen hun sector."
In Nederland polderland praten werknemers, werkgevers en overheid tijdens het najaarsoverleg weer over scholing. Maar werkgevers die willen dat hun werknemers bijblijven, hoeven hier natuurlijk niet op te wachten. Zeker nu blijkt dat vijftigers niet te oud zijn om te leren.