Rijksambtenaren moeten flexibeler inzetbaar worden.

De rijksoverheid kan, met zijn verkokerde ministeries, niet goed meer reageren op belangrijke maatschappelijke problemen. Voor de zoveelste keer ligt er daarom een rapport met de roep om ‘ontkokering’, nu weer van de hoogste ambtenaren: de secretarissen-generaal (SG’s). In het rapport staat dat ambtenaren in dienst moeten komen van het Rijk, en niet meer van één ministerie. Superministers met meer bevoegdheden moeten grote thema’s, over de grenzen van ministeries heen, gaan aansturen. Dat staat in Intermediair Publieke Zaken, dat citeert uit een -nog geheim- adviesrapport van de SG’s.

De Rijksoverheid is dermate inflexibel geworden dat grote vraagstukken als de jeugdzorg niet goed meer in de hand te houden zijn, vinden de SG's. Daarnaast ontbreekt vaak de samenhang tussen beleid en uitvoering: Haagse regels en oplossingen blijken in de praktijk niet te werken. Ook de verdeling van verantwoordelijkheden tussen de minister en de ambtenaren is onhandig en zelden effectief, vinden de topambtenaren.

Om de verkokering te doorbreken, moet er per specifiek (maatschappelijk)
thema een ‘programmaminister’ worden benoemd die het mandaat heeft van de hele ministerraad. Zo’n superminister kan op zijn of haar terrein ook opdrachten geven aan ambtenaren van andere ministeries.

Voor ambtenaren gaat er veel veranderen, als het ligt aan de SG's. Zo moet het merendeel van de ambtenaren nog vòòr de volgende kabinetsperiode in dienst komen van Het Rijk en niet langer van één specifiek ministerie. Hierdoor zijn zij flexibeler in te zetten bij verschillende ministeries.