Door de crisis moeten meer mensen tegen hun zin flexwerken. Dat is niet per sé erg, want flexwerken levert een spannender CV op en doet meer voor je ontwikkeling. Dat vindt een derde van de werknemers. Maar twee derde denkt daar heel anders over en wil helemaal niet flexibel werken.
Dat blijkt uit onderzoek van detacheerder Brunel onder 1140 werknemers. De belangrijkste reden dat medewerkers flexibel werken niet echt aantrekkelijk vinden, is dat ze denken weinig aan de organisatie te kunnen toevoegen als ze er tijdelijk zitten.
Flexwerk voor variatie en ontwikkeling
Van de mensen die liever flexwerken, doet twee derde dat vanwege de variatie in het werk en de mogelijkheden om jezelf daardoor te ontwikkelen. Ook houden ze van afwisseling en onvoorspelbare situaties.
Een belangrijke ‘verborgen’ factor om te flexwerken is het bouwen aan een divers CV. De crisis draagt daar op twee manieren aan bij. Want door de crisis krijgen werknemers vaker flexwerk aangeboden in plaats van een vast contract. Gevolg is dat ze een diverser CV opbouwen, waardoor ze weer aantrekkelijker worden voor veel werkgevers.
Ook onzekerheid over inkomsten
Een belangrijke reden om juist niet flexibel te werken is de onzekerheid over inkomsten. Daarnaast noemt één op de vijf het lastig om zich steeds weer te moeten aanpassen aan een nieuwe cultuur.
Een paar procent stelt het ook echt eng te vinden om telkens weer in een nieuwe omgeving te werken. Flexwerk is dan ook minder geschikt voor mensen die erg hechten aan voorspelbaarheid en vastigheid.