Het nettoloon op het eerste loonstrookje in 2020 valt voor alle werknemers tientallen euro’s positiever uit. Dit komt doordat de loonbebelasting en premies omlaag gaan vanaf januari 2020. Dankzij die veranderingen houden werknemers komend jaar meer over in hun portemonnee. De nettoloonstijging staat nog los van salarisverhogingen die werknemers mogelijk krijgen door onderhandelingen over hun cao.
Een werknemer met minimumloon verdient volgend jaar 29 euro netto per maand meer. Werknemers met een salaris van 3.000 euro bruto per maand profiteren het meest van de aangepaste belastingtarieven en hogere heffingskortingen. Zij houden onderaan de streep 51 euro per maand meer over in vergelijking met dit jaar.
Dit heeft HR- en salarisdienstverlener ADP berekend , die voor de dertiende keer inzichtelijk maakt wat werknemers onder de streep meer of minder overhouden.
Lagere belasting zorgt voor hoger nettoloon
De aanpassingen van de belastingtarieven en heffingskortingen zijn de belangrijkste oorzaken van de nettoloonstijgingen. Het kabinet hanteert in 2020 nog maar twee tarieven:
In vergelijking met 2019 betekent het dat de belastingdruk in bijna alle gevallen daalt. Alleen het tarief in de eerste schijf (tot 20.000 euro) stijgt licht met 0,7 procentpunt. Dat effect wordt ruimschoots gecompenseerd door een hogere heffingskorting voor werknemers met een lager loon, waardoor ook zij meer nettoloon overhouden.
Werknemers met een inkomen van meer dan twee keer modaal (vanaf 5.632 euro bruto) profiteren niet alleen van lagere belastingen, maar ook van de arbeidskorting die minder snel wordt afgebouwd. Zo gaan werknemers met een inkomen van twee keer modaal er 57 euro op vooruit, waarvan 39 euro te danken is aan de arbeidskorting.
Lager aanvullend pensioen, maar hogere AOW
Mensen met een aanvullend pensioen of lijfrente, leveren tot een brutobedrag van 2.500 euro per maand iets in; tussen de 1 en 8 euro per maand. De reden hiervoor is de verhoging van het belastingtarief in de eerste schijf van 18,75% naar 19,45%. Zij gaan wel een lagere bijdrage voor de Zorgverzekeringswet betalen, maar dat compenseert deze hogere belasting niet.
Toch zullen gepensioneerden in de portemonnee weinig merken van deze financiële tegenvaller, stelt ADP. De AOW-uitkering gaat in 2020 namelijk omhoog. Deze extra inkomsten, 29 euro voor alleenstaanden en 17 euro voor gehuwden, zullen de pijn van een lagere pensioenuitkering ruimschoots verzachten.
Soort contract moet vanaf 2020 op de kloonstrook
Werkgevers moeten vanaf 2020 op de loonstrook de contractsoort vermelden. Zo kunnen werknemers vanaf 2020 op hun loonstrook controleren wat voor soort contract zij hebben.
Is het een contract voor bepaalde of onbepaalde tijd? Is het schriftelijk overeengekomen? Is er wel of geen oproepovereenkomst? Werkgevers zijn vanaf 2020 verplicht dit op de loonstrook te plaatsen.
Weinig verschillen tussen sectoren
Waar er vorig jaar nog veel verschillen te zien waren tussen sectoren, is het beeld voor 2020 over de gehele linie hetzelfde. Alle werknemers profiteren van lagere belastingdruk en hogere heffingskortingen. Het werknemersdeel in pensioenpremie en overige branchespecifieke regelingen blijven in alle sectoren nagenoeg gelijk met 2019.
Zorg en welzijn |
Iemand met een modaal inkomen (2.816 euro) in deze sector gaat er 41 euro per maand op vooruit. Een werknemer met een minimumloon houdt 28 euro meer over en twee keer modaal ziet het netto bedrag met 54 euro stijgen. |
Overheid |
Een ambtenaar met een modaal salaris houdt 43 euro meer over in januari 2020 in vergelijking met december 2019. Een minimumloner in deze branche krijgt 30 euro meer gestort en twee keer modaal krijgt er 55 euro bovenop. De meeste overheidswerknemers hebben in 2020 wel met een andere wijziging te maken. Vanaf het nieuwe jaar werkt het merendeel van de ambtenaren op basis van een tweezijdige arbeidsovereenkomst. Zij krijgen dan ook te maken met alle bepalingen van het civiele arbeidsrecht. |
Metaal & techniek |
Een minimumloner in de sector metaal & techniek gaat er 26 euro op vooruit in 2020. Een medewerker met een modaal inkomen houdt 40 euro meer over en iemand met het dubbele inkomen ziet onderaan de streep van het loonstrookje 53 euro meer staan. |
Bouw |
Een medewerker met een minimumloon in de bouwsector houdt volgend jaar 33 euro meer over. Iemand met een modaal inkomen gaat er 47 euro op vooruit en twee keer modaal gaat 62 euro in de plus. Zoals gebruikelijk in de bouwsector wordt uitgegaan van loon per vier weken in plaats van een maandloon. |
Transport |
Werknemers in de transportsector met een minimumloon zien volgend jaar 27 euro meer tegemoet. Medewerkers met een modaal inkomen houden 41 euro meer over en mensen met twee maal modaal salaris gaan er 57 euro op vooruit. |
Koopkracht gaat voor meeste mensen omhoog
Een hoger nettoloon is mooi, maar het gaat er ook om wat mensen daarmee kunnen doen. Want eventuele extra toeslagen en het prijsniveau, bepalen uiteindelijk hoeveel mensen kunnen besteden. Uit ramingen van het Centraal Planbureau, blijkt dat de koopkracht van huishoudens in 2020 gemiddeld met 2,1% stijgt ten opzichte van vorig jaar.
Vooral werknemers gaan er in koopkracht op vooruit. Dat komt deels doordat de lonen komend jaar gemiddeld harder stijgen dan de prijzen. Verder profiteren zij van de lagere inkomstenbelasting en de heffingskortingen. Ongeveer 600.000 werkende mensen met kinderen, krijgen ene hoger kindgebonden budget.
Ook de koopkracht van uitkeringsgerechtigden en gepensioneerden, neemt toe. Dat komt doordat de (AOW-) uitkering wordt geïndexeerd en de zorgtoeslag wordt verhoogd. Mensen die naast hun AOW ook een aanvullend pensioen krijgen, gaan er per saldo op vooruit, maar iets minder dan mensen die alleen AOW ontvangen. Dit komt omdat de meeste pensioenfondsen niet kunnen indexeren in 2020.