Combinatie werk en huishouden blijft vrouwenzaak
Vrouwen geloven niet dat mannen gaan helpen.
Ruim tachtig procent van de vrouwen vindt dat huishoudelijke- en zorgtaken gelijk zouden moeten worden verdeeld tussen man en vrouw. Maar tweederde denkt dat er niet veel van terecht gaat komen. Dat blijkt uit een onderzoek van de Visitatiecommissie Emancipatie (VCE). De VCE adviseert het kabinet over het emancipatiebeleid.
Als het om emancipatie gaat, hebben Nederlanders hun blik vooral gericht op de overheid. Met name vrouwen zijn pessimistisch over de rol die mannen daarin spelen: ze hopen wel dat mannen thuis vaker de handen uit de mouwen zullen steken, maar verwachten meestal niet dat het er van zal komen.
Mannen zijn wat minder pessimistisch over zichzelf: gemiddeld is ruim driekwart voor een gelijkere verdeling, terwijl ongeveer 44 procent verwacht dat dit werkelijkheid wordt.
Voltijd niet gewenst
Om werk en privéleven beter te kunnen combineren, willen werknemers meer flexibiliteit op het werk. 40 procent van de Nederlanders verwacht in 2020 meer te moeten werken en minder vrije tijd te hebben.
Zestig procent van de bevolking vindt het geen goede ontwikkeling dat het aantal voltijds werkende ouders nu al is toegenomen. De helft verwacht wel dat mannen in 2020 vaker parttime zullen Werken. Vooral vrouwen spreekt dat idee aan.
Liever thuiswerken
Nederlanders zijn best optimistisch over het overheidsbeleid om arbeid en zorg te combineren. Driekwart wil verdere uitbreiding van kinderopvang en verlofmogelijkheden en gelooft ook dat de overheid daarvoor zorgt. Wel denken meer mensen dat betere kinderopvang sneller geregeld is dan betaald ouderschapsverlof.
Een ruime meerderheid van 85 procent wil meer mogelijkheden om thuis te werken en ook ruimere zeggenschap over werktijden. Ruim driekwart (78 procent) verwacht daadwerkelijk meer thuis te kunnen gaan werken in de toekomst en ongeveer 60 procent verwacht dat zij meer te zeggen krijgen over de werktijden.