Rechten en plichten van werkgevers en werknemers.

In het rapport van de commissie Bakker over de arbeidsparticipatie, staat een opmerkelijke analyse over de arbeidsmarkt van de toekomst. De nieuwe werknemer moet flexibeler worden, zich breder ontwikkelen en meer in zijn arbeidsmarktwaarde investeren. Arbeid wordt zo belangrijk, dat we het veel meer moeten waarderen. ‘Goed werkgeverschap en werknemerschap zijn daar onlosmakelijk mee verbonden’, vindt de commissie.

De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt roepen om een andere houding ten opzichte van werk. Nederland is toe aan een ‘herwaardering van arbeid’, vindt de commissie. Werk is een bron van sociale contacten, zelfrespect en zelfvertrouwen. Het draagt bij aan de integratie van allochtonen en is goed voor de sociale samenhang.

Rechten en plichten
Om de welvaart in ons land te bewaren, is straks iedereen nodig die aan de arbeidsmarkt kan bijdragen. Maar onze kijk op werk moet wel dan veranderen. De commissie Bakker somt daarom de nieuwe rechten en plichten op voor werknemers en werkgevers:

Werknemers moeten in staat worden gesteld om hun competenties aan te passen. Sleutelwoorden zijn daarbij: meer flexibiliteit en aanpassingsvermogen.

Scholing en inzetbaarheid worden een integraal onderdeel van het arbeidscontract; de overheid geeft het goede voorbeeld en loopt daarbij voorop.

Tegenover het recht op loon of uitkering, staat de plicht tot scholing en participatie. Deze rechten en verplichtingen mogen nooit (meer) vrijblijvend zijn.

Werkgevers moeten zich inspannen om talenten van ouderen, vrouwen en allochtonen beter te benutten. Bovendien moeten ze ook kansen bieden aan gehandicapten.

Iedere werkgever investeert in mensen om overeind te blijven in de concurrentiestrijd.

Werkgevers zorgen dat al hun werknemers goede loopbaanmogelijkheden hebben en passende werk- en bedrijfstijden krijgen.


© Ook van dit artikel berust het auteursrecht bij Personeelsnet Media, te Den Haag. U mag dit artikel niet herpubliceren zonder bron- en linkvermelding.