Thuiswerken verliest populariteit door crisis.

Na een jarenlange stijging in populariteit is thuiswerken dit jaar minder in trek, blijkt uit de ICT Barometer van Ernst & Young. Gaf een jaar geleden nog 51 van de 100 werknemers aan gedeeltelijk vanuit huis te werken, nu is dat aantal gedaald tot 47.

In 2008 gebruikte maar 2,5 procent van de werkenden de eigen woning structureel als werkplek, stelt het CBS. Vaak gaat het dan om gastouders, computerprogrammeurs of journalisten. Nog eens bijna 8 procent, zoals vertegenwoordigers en consultants, gebruikte de eigen woning als uitvalsbasis.

Vaker op het werk door crisis
De afname van het thuiswerken is opmerkelijk omdat bijna een op de drie werknemers ieder jaar weer groei in het thuiswerken verwacht en slechts een zeer kleine minderheid een afname voorspelt.

Volgens Ernst & Young kiezen werknemers er door de crisis voor om wat vaker hun gezicht te laten zien op het werk. Ook is het mogelijk dat organisaties onder het motto 'alle hens aan dek' een meer controlerende houding aannemen en daarom tijdelijk minder enthousiast zijn over thuiswerken.

In 2008 werkte ruim 10 procent van de beroepsbevolking volgens het CBS thuis of vanuit de eigen woning. Dat komt neer op bijna 765 duizend werkenden. Bijna 185 duizend mensen werkten structureel thuis. Nog eens 580 duizend personen gebruikten de eigen woning vooral als uitvalsbasis voor hun werk.

Vanuit-huiswerker vaak vertegenwoordiger
Onder de mensen die vanuit huis werken, komt het beroep van vertegenwoordiger het meest voor. Zij bereiden zich thuis vaak voor op afspraken. Andere beroepen waarbij het eigen huis als uitvalsbasis wordt gebruikt zijn consultants en de groothandelaren. Maar ook projectadviseurs en aannemers reizen vaak vanuit hun huis naar verschillende werkplekken.