Geen topvrouwen bij acht van de tien ondernemingen
Bestuurskamers blijven voor vrouwen meestal gesloten.
Een functie in de Raad van Commissarissen of in de Raad van Bestuur is maar weinig Nederlandse vrouwen gegund. Onderzoekster Mijntje Lückerath-Rovers van de
Erasmus Universiteit Rotterdam, heeft cijfers over het aantal topvrouwen bij 122 beursondernemingen geanalyseerd voor
De Nederlandse Female Board Index.
Van de Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen scoort Ahold het best, met vier vrouwen op een totaal van tien bestuurders en commissarissen. Philips staat op de laatste plaats. Daar zijn helemaal geen vrouwen aan de top te vinden bij de achttien bestuurders en commissarissen.
In het rapport toont Lückerath-Rovers verschillen aan tussen mannelijke en vrouwelijke bestuurders en commissarissen, en tussen ondernemingen met en zonder vrouwen in de Raad van Bestuur en/of Raad van Commissarissen.
Vijf procent topvrouwen
Van de 122 ondernemingen hebben er 34 (27,9 procent) één of meerdere vrouwen benoemd in de Raden van Bestuur of Raden van Commissarissen; 88 ondernemingen (78,1 procent) hebben geen enkele vrouw benoemd in de top. Van de 928 bestuurders en commissarissen is maar 5 procent een vrouw. In totaal zijn er maar 48 topvrouwen.
De gemiddelde leeftijd van de zeven vrouwelijke bestuurders en 41 vrouwelijke commissarissen is respectievelijk 48 en 56 jaar; dit is ongeveer drie en zes jaar jonger dan de gemiddelde leeftijd van hun mannelijke collega’s. Ruim de helft van de vrouwen komt uit het buitenland, tegen een kwart van hun mannelijke collega’s.
Debat met feiten
Volgen Lückerath-Rovers wordt het debat over de afwezigheid van vrouwen aan de top vaak gevoerd aan de hand van normatieve argumenten. Haar rapport moet er aan bijdragen dat die discussie ook aan de hand van feiten wordt gevoerd.