Bijna alle arbodienstverleners in Nederland zijn het erover eens: in ruim de helft van alle gevallen van ziekteverzuim, mankeert de werknemer medisch gezien niets. Leidinggevenden vermoeden dat vaak ook wel, maar maken het niet bespreekbaar.
Dat blijkt uit een rondgang door dagblad Trouw van afgelopen weekend.
Meer aandacht voor lager verzuim
Werkgevers moeten meer aandacht besteden aan de achterliggende oorzaken van het verzuim. Want volgens de Arbodiensten kan het verzuim zo worden teruggebracht naar gemiddeld 2 procent, in plaats van de 4 procent die werknemers nu gemiddeld verzuimen.
Volgens Thea Hulleman, directielid bij arbodienst Zorg van de Zaak, zouden werkgevers zich “blind staren op het lichamelijke en psychische klachtenpatroon van medewerkers”, terwijl ze best in de gaten hebben dat er thuis of op het werk problemen zijn. Hulleman adviseert werkgevers om gewoon aan de medewerker te vragen of die hulp nodig heeft. Door de medewerker tijdelijk te ontlasten, kan mogelijk langdurige uitval worden voorgebleven.
De boel niet belazeren
Volgens Jurriaan Penders, voorzitter van de vereniging van bedrijfsartsen NVAB, hangt het besluit om al dan niet te gaan werken ook samen met de loyaliteit aan de werkgever. Penders denkt dat de groep mensen die bewust de boel belazert, maar heel klein is. “Bij de meeste ziekmelders spelen kwesties waardoor ze zich even niet opgewassen voelen tegen het werk." Dat kan bijvoorbeeld een misgelopen promotie zijn, te weinig uitdaging op het werk, een scheiding of een huilbaby.