Het HR-vak stond het afgelopen jaar in het teken van de recessie. Dat blijkt uit de nieuwe HR-termen van 2009 en het oude jargon dat ineens een comeback maakte. 2009 bood weinig leuke dingen voor de werknemers, wel veel bezuinigingen en discussies over langer doorwerken. Een jaaroverzicht op basis van het HR-jargon van 2009: van 10.000 uur tot en met zware beroepen. 10.000 uur: Talent kwam in 2009 niet meer vanzelf. De Amerikaanse bestseller-auteur Malcom Gladwell maakte in zijn boek ‘Uitblinkers’ duidelijk dat je voordat je iets echt goed kunt, veel, heel veel geoefend moest hebben: wel zo’n 10.000 uur. ATV-dag: Econoom Paul de Beer haalde de ATV-dag weer van stal om het spook van de jeugdwerkloosheid dat hij weer zag opdoemen, te bestrijden. Crisisbestrijdingsdagen: In plaats van loonsverhoging kregen sommige werknemers vrije dagen die ze alleen 'mochten' opnemen op het moment dat het de werkgever uitkwam. Als hij géén werk meer voor hen had. Deeltijd-WW: Met deze vondst dacht minister Piet Hein Donner een dubbele slag te gaan. Door werknemers parttime met ontslag te sturen, konden werkgevers op hun personeelskosten besparen, terwijl werknemers zich via scholing al konden voorbereiden op een andere baan als dat nodig bleek. Duurzaam inzetbaarheidsbeleid: Als het aan minister Donner ligt, gaan werknemers vanaf het jaar 2025 pas met hun 67ste met pensioen. Om dat langer doorwerken mogelijk te maken, introduceerde het kabinet het begrip duurzaam inzetbaarheidsbeleid. Het kabinet wil dit de komende jaren afdwingen van werkgevers en werknemers. Heroverwegingen: Dat er bezuinigd moet worden, voorzag het kabinet het afgelopen jaar al. Maar over hoe dat moest, konden de ministers het nog niet eens worden. Daarom zetten zij nog maar eens ambtenaren aan het werk om voorstellen te doen voor heroverwegingen, stevige bezuinigingen dus. Het Nieuwe Werken: Een verzamelterm voor digitale hulpmiddelen die nodig zijn en het modern werkgeverschap dat hierbij hoort, om een nieuwe generatie werknemers tijd- en plaatsonafhankelijk te laten werken. Dat deze trend meer dan een hype is, bleek uit het feit dat deze ook tijdens de crisis doorzette. Loopbaanrollen: Prof. Hans Hoekstra vond zes loopbaanrollen uit (van inspirator, expert tot presentator). Hoe meer rollen een werknemer op zich kon nemen, hoe breder inzetbaar deze was. Mensen met een arbeidsbeperking: Arbeidsgehandicapten of gedeeltelijke arbeidsgeschikten waren de nette termen voor wat we vroeger gehandicapten of invaliden noemden. Het afgelopen jaar maakte staatssecretaris Jetta Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid er "mensen met een arbeidsbeperking" van. Of dit woord het politiek correcte woordenboek van 2011 haalt, is de vraag. Zo blijkt een deel van de doelgroep liever te worden gezien als mensen met een lastig lichaam. Micro-solliciteren: Twitter werd steeds meer mainstream in 2009. Een kandidaat die wilde laten zien dat hij bij de tijd was, sloeg aan het micro-solliciteren. Voor de HRM-ers en recruiters onder ons die lang van stof zijn: dat was een open sollicitatie in de maximaal 140 tekens die Twitter toestaat. Nieuwe Zakelijkheid: Onder invloed van de recessie maakten sommige werkgevers zich minder druk om het geluk van hun werknemers. Niet lullen, maar poetsen was hun credo. Nullijn: De crisis bracht de nullijn terug. Om kosten te besparen, konden veel werknemers een loonsverhoging vergeten. Deze werd op nul gesteld. Maar het kon nog erger, sommige werkgevers lieten werknemers de keus: een stevige loonsverlaging of (meer) ontslagen. Rolstress: Een uitvinding van de medisch socioloog Christophe Vanroelen. Onduidelijkheden over verwachtingen op kantoor, de combinatie van werk en privé konden volgens deze Belg de gezondheid van hoger opgeleiden bedreigen. Toen de economische crisis verdiepte, hoorden we overigens niks meer van deze nieuwe aandoening. Social recruiter: Een werver die in 2009 gebruik maakte van sociale netwerksites als Hyves, LinkedIn, maar ook Facebook, Twitter, Flickr en YouTube. Naast trendy bleek deze manier van werken niet veel geld te kosten. En de vele tijd die social recruiting kostte, hadden de meeste recruiters in crisistijd toch in overvloed. Verklaring van Zwaar Beroep: Op de valreep introduceerde minister Donner nog een ingewikkelde papierwinkel waarmee werknemers kunnen aantonen hoe lang zij in een zwaar beroep werken. Dat wordt in de toekomst belangrijk omdat zij straks niet langer dan 30 jaar in zo'n functie mogen werken. Voorkeurvacatures: In een tijd van oplopende werkloosheid hadden sommige groepen het extra moeilijk op de arbeidsmarkt. Om hen een kans te geven, maakte het UWV het mogelijk om specifieke vacatures voor deze doelgroepen te reserveren. De jonge, gezonde Hollandse man kwam voor deze functies niet in aanmerking. Wellink-norm: De storm rondom bonussen en hoge salarissen stak in 2009 regelmatig de kop op. Volgens FNV-bondgenoten mochten topmanagers niet meer verdienen dan 20 keer het jaarsalaris van de minst verdienende werknemers in het bedrijf. In de berekeningen van de vakbond kom je met 20x het minimumloon uit op het salaris van Nout Wellink, de president van de Nederlandse Bank. Work Ability Index: Uit Finland kwam deze vragenlijst aanwaaien, waarmee het werkvermogen van werknemers kan worden bepaald. Zware Beroepen: Aan een precieze beschrijving van dit begrip waagde de politiek zich niet. Eén ding werd wel duidelijk: er mogen vooral niet teveel werknemers zo'n beroep uitoefenen, omdat ze dan gehinderd worden om langer door te werken. Want in recessiejaar 2009 hield het kabinet iedereen voor: Werken, werken en nog eens werken. Ook via Twitter kun je Personeelslog volgen: Twitter.com/Personeelslog.

Het HR-vak stond het afgelopen jaar in het teken van de recessie. Dat blijkt uit de nieuwe HR-termen van 2009 en het oude jargon dat ineens een comeback maakte. 2009 bood weinig leuke dingen voor de werknemers, wel veel bezuinigingen en discussies over langer doorwerken.
Een jaaroverzicht op basis van het HR-jargon van 2009: van 10.000 uur tot en met zware beroepen.

• 10.000 uur: Talent kwam in 2009 niet meer vanzelf. De Amerikaanse bestseller-auteur Malcom Gladwell maakte in zijn boek ‘Uitblinkers’ duidelijk dat je voordat je iets echt goed kunt, veel, heel veel geoefend moest hebben: wel zo’n 10.000 uur.


• ATV-dag: Econoom Paul de Beer haalde de ATV-dag weer van stal om het spook van de jeugdwerkloosheid dat hij weer zag opdoemen, te bestrijden.


• Crisisbestrijdingsdagen: In plaats van loonsverhoging kregen sommige werknemers vrije dagen die ze alleen 'mochten' opnemen op het moment dat het de werkgever uitkwam. Als hij géén werk meer voor hen had.


• Deeltijd-WW: Met deze vondst dacht minister Piet Hein Donner een dubbele slag te gaan. Door werknemers parttime met ontslag te sturen, konden werkgevers op hun personeelskosten besparen, terwijl werknemers zich via scholing al konden voorbereiden op een andere baan als dat nodig bleek.


• Duurzaam inzetbaarheidsbeleid: Als het aan minister Donner ligt, gaan werknemers vanaf het jaar 2025 pas met hun 67ste met pensioen. Om dat langer doorwerken mogelijk te maken, introduceerde het kabinet het begrip duurzaam inzetbaarheidsbeleid. Het kabinet wil dit de komende jaren afdwingen van werkgevers en werknemers.


• Heroverwegingen: Dat er bezuinigd moet worden, voorzag het kabinet het afgelopen jaar al. Maar over hoe dat moest, konden de ministers het nog niet eens worden. Daarom zetten zij nog maar eens ambtenaren aan het werk om voorstellen te doen voor heroverwegingen, stevige bezuinigingen dus.


• Het Nieuwe Werken: Een verzamelterm voor digitale hulpmiddelen die nodig zijn en het modern werkgeverschap dat hierbij hoort, om een nieuwe generatie werknemers tijd- en plaatsonafhankelijk te laten werken. Dat deze trend meer dan een hype is, bleek uit het feit dat deze ook tijdens de crisis doorzette.


• Loopbaanrollen: Prof. Hans Hoekstra vond zes loopbaanrollen uit (van inspirator, expert tot presentator). Hoe meer rollen een werknemer op zich kon nemen, hoe breder inzetbaar deze was.


• Mensen met een arbeidsbeperking: Arbeidsgehandicapten of gedeeltelijke arbeidsgeschikten waren de nette termen voor wat we vroeger gehandicapten of invaliden noemden. Het afgelopen jaar maakte staatssecretaris Jetta Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid er "mensen met een arbeidsbeperking" van. Of dit woord het politiek correcte woordenboek van 2011 haalt, is de vraag. Zo blijkt een deel van de doelgroep liever te worden gezien als mensen met een lastig lichaam.


• Micro-solliciteren: Twitter werd steeds meer mainstream in 2009. Een kandidaat die wilde laten zien dat hij bij de tijd was, sloeg aan het micro-solliciteren. Voor de HRM-ers en recruiters onder ons die lang van stof zijn: dat was een open sollicitatie in de maximaal 140 tekens die Twitter toestaat.


• Nieuwe Zakelijkheid: Onder invloed van de recessie maakten sommige werkgevers zich minder druk om het geluk van hun werknemers. Niet lullen, maar poetsen was hun credo.


• Nullijn: De crisis bracht de nullijn terug. Om kosten te besparen, konden veel werknemers een loonsverhoging vergeten. Deze werd op nul gesteld. Maar het kon nog erger, sommige werkgevers lieten werknemers de keus: een stevige loonsverlaging of (meer) ontslagen.


• Rolstress: Een uitvinding van de medisch socioloog Christophe Vanroelen. Onduidelijkheden over verwachtingen op kantoor, de combinatie van werk en privé konden volgens deze Belg de gezondheid van hoger opgeleiden bedreigen. Toen de economische crisis verdiepte, hoorden we overigens niks meer van deze nieuwe aandoening.


• Social recruiter: Een werver die in 2009 gebruik maakte van sociale netwerksites als Hyves, LinkedIn, maar ook Facebook, Twitter, Flickr en YouTube. Naast trendy bleek deze manier van werken niet veel geld te kosten. En de vele tijd die social recruiting kostte, hadden de meeste recruiters in crisistijd toch in overvloed.


• Verklaring van Zwaar Beroep: Op de valreep introduceerde minister Donner nog een ingewikkelde papierwinkel waarmee werknemers kunnen aantonen hoe lang zij in een zwaar beroep werken. Dat wordt in de toekomst belangrijk omdat zij straks niet langer dan 30 jaar in zo'n functie mogen werken.


• Voorkeurvacatures: In een tijd van oplopende werkloosheid hadden sommige groepen het extra moeilijk op de arbeidsmarkt. Om hen een kans te geven, maakte het UWV het mogelijk om specifieke vacatures voor deze doelgroepen te reserveren. De jonge, gezonde Hollandse man kwam voor deze functies niet in aanmerking.


• Wellink-norm: De storm rondom bonussen en hoge salarissen stak in 2009 regelmatig de kop op. Volgens FNV-bondgenoten mochten topmanagers niet meer verdienen dan 20 keer het jaarsalaris van de minst verdienende werknemers in het bedrijf. In de berekeningen van de vakbond kom je met 20x het minimumloon uit op het salaris van Nout Wellink, de president van de Nederlandse Bank.


• Work Ability Index: Uit Finland kwam deze vragenlijst aanwaaien, waarmee het werkvermogen van werknemers kan worden bepaald.


• Zware Beroepen: Aan een precieze beschrijving van dit begrip waagde de politiek zich niet. Eén ding werd wel duidelijk: er mogen vooral niet teveel werknemers zo'n beroep uitoefenen, omdat ze dan gehinderd worden om langer door te werken. Want in recessiejaar 2009 hield het kabinet iedereen voor: Werken, werken en nog eens werken.

Doorsturen: