De Eerste Kamer is in meerderheid akkoord gegaan met de kabinetsplannen over de fiscale behandeling van pensioenen. Daardoor geldt vanaf 2015 een opbouwpercentage van 1,875% voor pensioen op basis van middelloon. Werknemers die de volledige 40 jaar werken, kunnen hiermee een pensioen opbouwen van 75% van het gemiddelde inkomen.

Deze en andere veranderingen bij de pensioenopbouw, treden op 1 januari 2015 in werking. De wetswijziging hangt samen met de gestegen levensverwachting en de stapsgewijze verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd. Doordat de pensioenpremies dalen, zullen werknemers netto een hoger loon overhouden. Bovendien levert de maatregel een miljardenbesparing op voor de schatkist.

Opbouwpercentage pensioen naar 1,875%
Met ingang van 2015 geldt een opbouwpercentage van 1,875% (voor pensioen op basis van middelloon). Hiermee kan in 40 jaar werken een pensioen worden opgebouwd van 75% van het gemiddelde inkomen. De nieuwe regels moeten er ook voor zorgen dat premiebetalers en gepensioneerden meer inzicht krijgen in de kosten die de fondsen maken.

In de wet zitten verder waarborgen dat de lagere pensioenopbouw doorwerkt in een daling van de pensioenpremie. Daarnaast blijft de aftopping van het pensioengevend inkomen ongewijzigd; op 100.000 euro (in 2015). Voor mensen met inkomens die daarboven liggen, wordt het mogelijk om op vrijwillige basis fiscaal vriendelijk bij te sparen uit het nettoloon.

Meer netto loon is goed voor economie
Volgens het kabinet leven (en werken) mensen langer, waardoor zij meer jaren hebben om pensioen op te bouwen. Daardoor kan het bedrag dat fiscaalvriendelijk kan worden gespaard omlaag. Dat is gunstig is voor de schatkist, maar ook draagt ook bij aan het herstel van de economie, omdat werknemers netto meer loon overhouden om te besteden.

MIS NIKS MEER: Schrijf je hier in voor de gratis HR-nieuwsbrief