Sinds 2005 zijn 462 duizend meer vrouwen aan het werk. In het tweede kwartaal van 2015 werkten ruim 3,8 miljoen in een betaalde baan en 4,5 miljoen mannen. Het aantal werkende vrouwen is de afgelopen tien jaar sterker gegroeid dan het aantal werkende mannen.
Dat blijkt uit gegevens van het CBS.
3,8 miljoen vrouwen werken
Vorig jaar hadden vrouwen het moeilijk op de arbeidsmarkt. Vooral het aantal werkenden in zorg en welzijn beroepen viel toen terug. Maar het afgelopen jaar was de toename onder vrouwen weer relatief sterk waardoor het aantal werkende vrouwen weer boven de 3,8 miljoen uitkwam.
Wel werkt driekwart van de vrouwen in deeltijd. Bij de mannen is dat een kwart. Er waren in het tweede kwartaal 84 duizend meer vrouwen en 24 duizend meer mannen werkzaam dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder.
Vrouwen werken vooral in de zorg en administratie
De groei van het aantal werkende vrouwen in het afgelopen jaar kwam voor rekening van vrouwen van 15 tot 25 jaar en van 45 tot 75 jaar. Het aantal vrouwen in het onderwijs en met een bedrijfseconomisch of administratief beroep nam bij alle leeftijdsgroepen relatief sterk toe.
Bij jonge vrouwen nam vooral het aantal verkoopsters dat in de detailhandel werkt sterk toe. Deze groep vormt bijna de helft van alle jonge vrouwen met een commercieel beroep. Bij de vrouwen van 45- tot 75 jaar was de groei daarnaast groot bij de dienstverlenende beroepen, bijvoorbeeld in de horeca.