Nederlandse werknemers gaan in 2024 een hoger nettoloon ontvangen. Wie een modaal brutosalaris heeft van 3.395 euro , gaat er netto ruim 79 euro er op vooruit. Opmerkelijk is de loonstijging voor werknemers met een minimumloon bij een 40-urige werkweek. Omdat het wettelijk minimumloon vanaf 2024 per uur wordt berekend, stijgt het in dat geval met 266,75 euro netto per maand ten opzichte van het nettoloon in december 2023. Hierdoor stijgen de lasten voor werkgevers natuurlijk ook.

Dat is berekend door HR- en salarisdienstverlener ADP. De nettolonen gaan omhoog omdat de belastingen op arbeid anders worden berekend en heffingskortingen omhoog gaan.

Opmerkelijke stijging minimumloon bij 40 uur
In 2024 wordt het minimumloon per uur vastgesteld in plaats van een minimumloon per maand, week of dag. Het huidige minimum maandloon van € 1.995, gebaseerd op een 36-urige werkweek, zal worden vervangen door een minimumuurloon van € 13,27 voor werknemers van 21 jaar of ouder.

Dit nieuwe systeem beoogt een gelijkere betaling voor werknemers, ongeacht het aantal uren dat zij werken.
"Om te voldoen aan het wettelijk minimumuurloon, moet bij een 40-urige werkweek minstens € 2.317,87 bruto per maand betaald worden," legt Dik van Leeuwerden, expert in wet- en regelgeving bij ADP Nederland, uit. Dit betekent een aanzienlijke stijging van 32% ten opzichte van december 2022.

Overige nettolonen ook om hoog
ADP voorziet dat werknemers die nu nét boven het minimumloon verdienen, ook hogere lonen zullen ontvangen, omdat werkgevers het loongebouw bijstellen. Want werknemers met een 40-urige werkweek die momenteel bijvoorbeeld € 2.100 verdienen, zouden in 2024 minimaal € 2.317,83 zouden moeten gaan ontvangen.

Ondanks een lichte stijging van het belastingtarief in de eerste schijf van 36,93% naar 36,97%, zal het nettoloon in 2024 toch toenemen door hogere heffingskortingen. De maximale algemene heffingskorting stijgt van € 3.070 in 2023 naar € 3.362 in 2024; de maximale arbeidskorting stijgt van € 5.052 naar € 5.532. Deze heffingskortingen zijn inkomensafhankelijk, met afbouw boven bepaalde inkomensdrempels, zoals Van Leeuwerden uitlegt.

Loonkosten gaan wel omhoog
De loonstijgingen zijn positief voor werknemers, met name voor mensen met lagere lonen. Gevolg is dat werkgevers meer budget moeten uittrekken voor die hogere lonen, vooral als zij veel werkgelegenheid bieden aan de onderkant van de loonschalen.

De verschuivingen van de lonen aan de onderkant van het loongebouw, onderstrepen het belang van aanpassingen in loon- en belastingstructuren om aantrekkelijk te blijven als werkgever.

MIS NIKS MEER: Schrijf je hier in voor de gratis HR-nieuwsbrief