De politiek heeft brede steun heeft gegeven aan de langzamere stijging van de AOW-leeftijd, die onderdeel is van het pensioenakkoord 2019. In dit bijgewerkte schema, ziet u de nieuwe en oude pensioenleeftijden tot 2040 en het verschil in maanden waarop de AOW ingaat.
De wijziging van de AOW-leeftijd is onderdeel van het pensioenakkoord dat het kabinet met werkgevers en vakbonden heeft afgesproken. Hierin is de AOW-leeftijd in 2020 en 2021 bevroren op 66 jaar en vier maanden en op 67 jaar in 2024.
Na dat jaar stijgt de AOW-leeftijd verder, maar de opbouw verloopt langzamer dan vòòr het pensioenakkoord: niet langer één jaar later voor ieder extra levensjaar, maar 8 maanden later voor ieder extra levensjaar.
Levensverwachting na 2025 bepalend
De AOW-leeftijd hangt dus af van de levensverwachting die het CBS berekent. In het schema hieronder wordt gerekend met de laatste cijfers van het CBS over de levensverwachting. De berekening hiervan, vindt steeds vijf jaar tevoren plaats. Dan is het dus pas zeker wanneer de AOW-leeftijd precies zal zijn.
Bij een dalende levensverwachting, zal de AOW-leeftijd overigens niet meedalen.
Word abonnee en krijg onbeperkt toegang tot alle artikelen
Dit artikel is afkomstig uit HR Tools & Extra’s van Personeelsnet.nl. Auteursrecht berust bij Personeelsnet Media BV, Rotterdam.