Nieuw HR-jargon: de Wellink-norm

De beloningen van de top van het bedrijfsleven zijn de vakbonden nog steeds een doorn in het oog. FNV Bondgenoten vindt dat topmanagers niet meer mogen verdienen dan 20 keer het jaarsalaris van de minst verdienende werknemers in het bedrijf. De vakbond noemt dit de Wellink-norm. We kenden al de Balkenende-norm, genoemd naar minister-president Jan-Peter Balkenende. Deze norm houdt in dat mensen die werken voor het Nederlandse openbare bestuur, niet meer mogen verdienen dan het jaarsalaris van de premier. Dat is nu vastgesteld op € 171.000. Inclusief bonussen Zo'n schamel salaris wil zelfs FNV Bondgenoten de top van het bedrijfsleven niet aan doen. De vakbond wil de CAO-onderhandelingen ingaan met als maximum-inkomen 20x het jaarsalaris van de minst verdienende werknemers. Maar dat is dan wel inclusief bonussen. Als het aan de vakbond ligt, mag maximaal 10 procent van het salaris variabel zijn. "Voor de top accepteren we maximaal 50 procent variabel. Het beloningssysteem moet transparant en begrijpelijk zijn, ook de prestatiecriteria. Voor de top geldt dat ze niet alleen over aandeelhouderswaarde mogen gaan, maar ook dat sociaal beleid en duurzaamheid moeten meewegen", aldus de bond. 350.000 euro De vakbond heeft salaris van de president van de Nederlandse bank berekend op ruim twee keer de Balkenende-norm. "Nout Wellink krijgt op jaarbasis 350.000 euro, ruim twintig keer het minimumloon." FNV Bondgenoten wil de topsalarissen aan de orde stellen bij AKZO, KLM, Maxeda, NS, Shell, Connexxion en Prorail waar komend jaar moet worden onderhandeld over een nieuwe cao. Scheepbouwer-norm De werkgevers zullen er het liefst hun eigen norm tegenover stellen: de Scheepbouwer-norm, genoemd naar KPN-topman Ad Scheepbouwer die vorig jaar naast zijn basissalaris van één miljoen euro nog eens 4,3 miljoen aan bonussen ontving. Of wel 15x Wellink of 31x Balkenende.

President Nout Wellink van De Nederlandsche BankDe beloningen van de top van het bedrijfsleven zijn de vakbonden nog steeds een doorn in het oog. FNV Bondgenoten vindt dat topmanagers niet meer mogen verdienen dan 20 keer het jaarsalaris van de minst verdienende werknemers in het bedrijf. De vakbond noemt dit de Wellink-norm.

We kenden al de Balkenende-norm, genoemd naar minister-president Jan-Peter Balkenende. Deze norm houdt in dat mensen die werken voor het Nederlandse openbare bestuur, niet meer mogen verdienen dan het jaarsalaris van de premier. Dat is nu vastgesteld op € 171.000.

Inclusief bonussen
Zo'n schamel salaris wil zelfs FNV Bondgenoten de top van het bedrijfsleven niet aan doen. De vakbond wil de CAO-onderhandelingen ingaan met als maximum-inkomen 20x het jaarsalaris van de minst verdienende werknemers. Maar dat is dan wel inclusief bonussen.
Als het aan de vakbond ligt, mag maximaal 10 procent van het salaris variabel zijn. "Voor de top accepteren we maximaal 50 procent variabel. Het beloningssysteem moet transparant en begrijpelijk zijn, ook de prestatiecriteria. Voor de top geldt dat ze niet alleen over aandeelhouderswaarde mogen gaan, maar ook dat sociaal beleid en duurzaamheid moeten meewegen", aldus de bond.

350.000 euro
De vakbond heeft salaris van de president van de Nederlandse bank berekend op ruim twee keer de Balkenende-norm. "Nout Wellink krijgt op jaarbasis 350.000 euro, ruim twintig keer het minimumloon."
FNV Bondgenoten wil de topsalarissen aan de orde stellen bij AKZO, KLM, Maxeda, NS, Shell, Connexxion en Prorail waar komend jaar moet worden onderhandeld over een nieuwe cao.

Scheepbouwer-norm
De werkgevers zullen er het liefst hun eigen norm tegenover stellen: de Scheepbouwer-norm, genoemd naar KPN-topman Ad Scheepbouwer die vorig jaar naast zijn basissalaris van één miljoen euro nog eens 4,3 miljoen aan bonussen ontving. Of wel 15x Wellink of 31x Balkenende.

Doorsturen:

Neem een abonnement en download 456 exclusieve vakartikelen en 286 actuele HR-instrumenten!

Wilt u als HR-professional ook niks meer missen op uw vakgebied?