Nu mensen steeds ouder worden en er steeds minder jongeren zijn, wil het kabinet graag dat werknemers langer doorwerken. Mensen die na hun (pré)pensioen (weer) aan de slag gaan, heten doorwerkers. Met deze groep kunnen werkgevers ervaren (ex)werknemers flexibel inzetten om in te spelen op de toenemende krapte op de arbeidsmarkt. Dit kan tegen lagere loonkosten, omdat doorwerkende senioren vanaf 65 jaar geen sociale premies meer betalen. In ons land waarin alles is gereguleerd, is er sinds kort zelfs een CAO voor doorwerkers. Deze is tot stand gekomen op initiatief van de stichting Senior Werkt. Voor een CAO zijn minimaal één werkgevers- en één werknemersorganisatie noodzakelijk. En als de traditionele organisaties niet meewerken, richt je er zelf eentje op. Zo moet het ongeveer zijn gegaan met de Vereniging van Doorwerkgevers, die dit jaar is gestart. Van deze organisatie kunnen bedrijven lid worden die "doorwerken willen toepassen, werkgeversorganisaties die zich inzetten voor langer doorwerken en de Doorwerkgever als uitvoeringsorganisatie voor outsourcen van doorwerkers". Als vakbond is de stichting Senior Werkt uitgekomen bij de LBV (Landelijke Belangen Vereniging). Deze relatief onbekende vakbond bestaat overigens al 35 jaar en is betrokken geweest bij CAO's voor werknemers van tankstations en evenementenbeveiligers. Of veel ouderen een beroep kunnen doen op de doorwerk-CAO, is de vraag. De CAO geldt immers alleen als er aan twee voorwaarden is voldaan: - er zijn geen afspraken in de reguliere CAO van het bedrijf of de sector over werknemers die na hun 65ste doorwerken - de werkgever is lid van de Vereniging van Doorwerkgevers. Misschien moeten we de doorwerk-CAO vooral zien als een inspiratiebron voor de reguliere vakbonden en werkgeversorganisaties. Bijzonderheden uit deze CAO: een vrije dag bij de geboorte van een kleinkind en vijf dagen verlof in het geval van het overlijden van een naaste. Daarnaast mogen werkgevers doorwerkers zoveel tijdelijke contracten geven als ze willen. Dat betekent dat ze doorwerkers niet in vaste dienst hoeven te nemen na drie tijdelijke contracten.
Nu mensen steeds ouder worden en er steeds minder jongeren zijn, wil het kabinet graag dat werknemers langer doorwerken. Mensen die na hun (pré)pensioen (weer) aan de slag gaan, heten doorwerkers.
Met deze groep kunnen werkgevers ervaren (ex)werknemers flexibel inzetten om in te spelen op de toenemende krapte op de arbeidsmarkt. Dit kan tegen lagere loonkosten, omdat doorwerkende senioren vanaf 65 jaar geen sociale premies meer betalen.
In ons land waarin alles is gereguleerd, is er sinds kort zelfs een CAO voor doorwerkers. Deze is tot stand gekomen op initiatief van de stichting Senior Werkt.
Voor een CAO zijn minimaal één werkgevers- en één werknemersorganisatie noodzakelijk.
En als de traditionele organisaties niet meewerken, richt je er zelf eentje op. Zo moet het ongeveer zijn gegaan met de Vereniging van Doorwerkgevers, die dit jaar is gestart. Van deze organisatie kunnen bedrijven lid worden die "doorwerken willen toepassen, werkgeversorganisaties die zich inzetten voor langer doorwerken en de Doorwerkgever als uitvoeringsorganisatie voor outsourcen van doorwerkers".
Als vakbond is de stichting Senior Werkt uitgekomen bij de LBV (Landelijke Belangen Vereniging). Deze relatief onbekende vakbond bestaat overigens al 35 jaar en is betrokken geweest bij CAO's voor werknemers van tankstations en evenementenbeveiligers.
Of veel ouderen een beroep kunnen doen op de doorwerk-CAO, is de vraag.
De CAO geldt immers alleen als er aan twee voorwaarden is voldaan:
- er zijn geen afspraken in de reguliere CAO van het bedrijf of de sector over werknemers die na hun 65ste doorwerken
- de werkgever is lid van de Vereniging van Doorwerkgevers.
Misschien moeten we de doorwerk-CAO vooral zien als een inspiratiebron voor de reguliere vakbonden en werkgeversorganisaties. Bijzonderheden uit deze CAO: een vrije dag bij de geboorte van een kleinkind en vijf dagen verlof in het geval van het overlijden van een naaste. Daarnaast mogen werkgevers doorwerkers zoveel tijdelijke contracten geven als ze willen. Dat betekent dat ze doorwerkers niet in vaste dienst hoeven te nemen na drie tijdelijke contracten.