Personeelsbeleid moet rekening houden met levensfasen.
Of een oudere werknemer langer doorwerkt of niet is in grote mate afhankelijk van de houding en de kwaliteit van de leidinggevende. Oudere werknemers die steun van hun leidinggevende ervaren, hebben een minder sterke behoefte om vervroegd uit te treden. Dat blijkt uit onderzoek van de Utrechtse School voor Bestuurs- en Organisatiewetenschap (USBO) van de Universiteit Utrecht in opdracht van de FNV.
Het onderzoek, dat heeft plaats gevonden onder leiding van hoogleraar Bestuurs- en Organisatiewetenschap Peter Leisink, is uitgevoerd in twaalf grote en kleine organisaties binnen de sectoren Schildersbedrijf, Beroeps- en volwasseneneducatie, Gemeente, Grafimedia, Groothandel en Financiële dienstverlening. Aan het onderzoek werkten ruim 100 managers en 350 oudere werknemers mee.
Om langer doorwerken van hun werknemers te bevorderen vinden managers ouderenbeleid absoluut noodzakelijk. Zij zien het liefst dat ouderenbeleid een onderdeel is van een evenwichtig leeftijdsbewust personeelsbeleid, waar specifiek jongerenbeleid ook deel vanuit maakt. De managers vinden beleidsmaatregelen die zijn gericht op scholing, taakroulatie en interne mobiliteit voor hun oudere medewerkers het belangrijkst. Dat geldt in iets mindere mate ook voor maatregelen die zijn gericht op aanpassing van werkzaamheden en prestatie-eisen. Minstens zo hoog op de verlanglijst van de managers staan maatregelen die een vervroegde uittreding van oudere werknemers faciliteren.
Op basis van het onderzoek hebben de Utrechtse onderzoekers tien beleidsaanbevelingen opgesteld. Ook hebben zij een scan ontwikkeld waarmee bedrijven en instellingen een globaal beeld kunnen krijgen van de stand van hun eigen beleid. De scan geeft antwoord op de vraag of er op het eerste gezicht sprake is van een verantwoord en gedifferentieerd ouderenbeleid.
De FNV zal de beleidsscan operationeel maken en stimuleren dat beleidsmakers, ondernemingsraden en vakbondsleden de scan gaan gebruiken om langer doorwerken “met beleid” te bevorderen.
Bron: FNV