Meer ruimte voor personeelsbeleid: oudere werknemers ook welkom

Veel bedrijven draaien goed en hebben nu moeite om nieuw personeel te vinden. Werkgevers zijn daardoor veel positiever gaan denken over hun oudere werknemers. Een meerderheid wil nu zelfs graag dat werknemers na hun 60e blijven doorwerken. Ook is er weer volop geld en aandacht voor goed personeelsbeleid, bijvoorbeeld voor de inzet en scholing van het zittende personeel.

Dat meldt het Sociaal Cultureel Planbureau in de publicatie: 'Arbeidsmarkt in kaart: werkgevers 2017'. Duurzame inzetbaarheid is het centrale thema in deze publicatie.

Werkgevers veel positiever over oudere werknemers
Veel meer werkgevers vinden het nu wenselijk dat werknemers doorwerken na hun 60e. Was dat aandeel in 2001 nog maar 42%, nu is er al een meerderheid van 60% die dat vindt. Nog langer doorwerken tot na de pensioensleeftijd, vindt de helft nu zelfs een goed idee. 

Driekwart (77%) vindt dat ouderen even goed functioneren als jongeren en 12% vindt zelfs dat ouderen beter presteren. Toch vindt een kwart van de werkgevers dat de productiviteit van ouderen lager ligt dan hun loonkosten rechtvaardigen. Maatregelen om ouderen te ontlasten, zoals extra vrije dagen, taakverlichting en kortere werkweken, worden afgeschaft en komen daardoor steeds minder vaak voor.

Personeelsbeleid staat weer op de kaart
Nu de economie er beter voor staat, is er weer meer aandacht voor investeringen in personeelsbeleid. Arbeidsomstandigheden en medezeggenschap kregen in de periode 2003-2015 steeds minder prioriteit, terwijl personeelsplanning in belang toenam. In het algemeen geldt: hoe groter de organisatie, hoe meer aandacht voor personeelszaken als scholing, ziekteverzuim, loopbaanontwikkeling en doelgroepenbeleid.

Prioriteit personeelsbeleid, welk deel van de organisaties stelt de volgende prioriteiten?

beleid gericht op specifieke groepen

 

oudere werknemers

37,2%

meer vrouwen op hogere functies

17,7%

aantrekken arbeidsbeperkten

14,8%

aantrekken van allochtonen

8,5%

ontwikkeling en welzijn personeel

 

arbeidsomstandigheden

78,4%

ziekteverzuim en re-integratie

58,6%

loopbaanontwikkeling en mobiliteit

54,9%

medezeggenschap

51,2%

combineren werk en privé

49,9%

inzet personeel en beloning

 

personeelsplanning

82,7%

beoordeling van medewerkers

78,7%

arbeidsvoorwaarden en beloning

67,0%

werving en selectie

36,9%

ontslag

13,5%

Bron: SCP (AVP ‘15/’16)

 

Per sector verschillen de aandachtspunten van het personeelsbeleid. Zo krijgt scholing weinig aandacht in de sectoren industrie en bouwnijverheid, terwijl de sectoren overheid en onderwijs dit juist heel belangrijk vinden. Arbobeleid krijgt veel aandacht in de sectoren industrie en bouwnijverheid en minder dan gemiddeld in de sectoren onderwijs en zorg.

Moeite met plannen voor duurzame inzetbaarheid
De overheid stimuleert werkgevers om in te zetten op duurzame inzetbaarheid van personeel. Veel werkgevers onderschrijven dat doel en nemen maatregelen om ouderen beter inzetbaar te maken, of bijvoorbeeld door telewerken.

Maar in de dagelijkse bedrijfspraktijk zien werkgevers toch vaak geen ruimte om er concreter vorm aan te geven. Dit doet zich voor bij van-werk-naar-werk activiteiten, de combinatie van arbeid en zorg en het in dienst nemen van mensen met gezondheidsbeperkingen. Werkgevers onderschrijven wel het belang van onder andere scholing en de arbeidsdeelname van mensen met gezondheidsbeperkingen, maar dit vertaalt zich lang niet altijd naar het gedrag van de werkgever.

Maatregelen nodig voor balans arbeid en zorg
79% van de werkgevers vindt het hun verantwoordelijkheid om de combinatie arbeid en zorg te faciliteren, maar concrete maatregelen zijn er niet altijd. In 19% van de organisaties kunnen werknemers zelf begin- en eindtijden bepalen en 58% van de werkgevers is voorstander van deeltijdwerk op alle functieniveaus.

In 2016 had 45% van de organisaties één of meer telewerkers. Dit is een verdubbeling ten opzichte van 10 jaar geleden.

Scholing blijft constant
Het aandeel organisaties met werknemers die een cursus of opleiding volgen, blijft constant. Het lag in de periode 1995-2015 steeds tussen de 70% en 80%. In sommige sectoren, zoals de industrie, zetten minder organisaties scholing in, maar gebruiken vaker baan- en taakroulatie om de kennis en vaardigheden van personeel te vergroten. 

Ondanks de inzet die personeel moet leveren voor scholing, vindt toch nog een kwart (24%) van alle werkgevers dat werknemers werkgerelateerde opleidingen en cursussen zoveel mogelijk buiten werktijd moeten volgen.

Beleid specifieke groepen
Beleid dat is gericht op het aannemen van kwetsbare werknemers op de arbeidsmarkt krijgt weinig aandacht van werkgevers. Het aantrekken van mensen met een arbeidsbeperking kreeg in 2015 bij 15% van de werkgevers een (tamelijk) hoge prioriteit. Aan het aantrekken van mensen met een migratie-achtergrond geeft 9% van de werkgevers prioriteit. Van de bevraagde thema’s krijgt dit de minste aandacht.

Werkgevers vinden beleid voor groepen die al in dienst zijn doorgaans wel belangrijk. Zo geeft 37% van de werkgevers prioriteit aan het ouderenbeleid in de organisatie. ‘Meer vrouwen aan de top’ vinden ze minder belangrijk (18%).

MIS NIKS: Abonneer je op de gratis Personeelsnet-nieuwsbrief

Doorsturen:

Neem een abonnement en download 465 exclusieve vakartikelen en 302 actuele HR-instrumenten!

Wilt u als HR-professional ook niks meer missen op uw vakgebied?