Meer dan de helft (54 procent) van de beroepsbevolking vindt salaris de belangrijkste reden om voor een werkgever te kiezen. Werknemers willen liever vast werk en stellen over de hele linie 11 procent minder eisen aan hun werk en werkgever.

Vooral veeleisende jongeren van generatie kiezen eieren voor hun geld en zoeken nu vooral naar vastigheid in hun werk. Dat blijkt uit analyses van het Arbeidsmarkt GedragsOnderzoek (AGO) voor de Leergang Arbeidsmarktcommunicatie van de Academie voor Arbeidsmarktcommunicatie die 13 maart 2013 van start gaat.

Werknemer stelt minder eisen
Net als in voorgaande jaren, is salaris nog steeds het belangrijkste aspect in de keuze voor een werkgever. Naast salaris behoren ook een goede werksfeer, een vast contract, een acceptabele reistijd en inhoudelijk interessant werk tot de vijf belangrijkste redenen om te kiezen voor een (nieuwe) werkgever.
Hoewel de top vijf al drie jaar op rij onveranderd is, hebben alle aspecten ten opzichte van 2011 aan belang ingeleverd. In 2012 is het aantal pullfactoren, de redenen om voor een werkgever te kiezen, met 11 procent gedaald.

Top 10 redenen om voor een baan te kiezen sinds 2007, bron: Arbeidsmarkt GedragsOnderzoek (AGO)

Een andere opvallende uitkomst is het feit dat na 2007 de werkbeleving aan terrein heeft verloren en plaats heeft gemaakt voor zekerheid in de vorm van een vast contract. In 2007 vond 54 procent van de Nederlanders inhoud van het werk een belangrijke pullfactor, in 2012 is dat gehalveerd naar 27 procent. Ook de uitdaging van het werk is minder belangrijk geworden: voor de kredietcrisis vond 43 procent uitdagend werk van belang, momenteel geldt dat voor nog maar 26 procent.

Generatie Y wil ook vast contract
De crisis heeft ook invloed op de wensen van generatie Y in de keuze voor een baan. Typische kenmerken van deze generatie zoals onafhankelijk, ondernemend, verantwoordelijkheid, vrijheid en flexibiliteit worden minder relevant. In plaats daarvan is generatie Y steeds vaker op zoek naar een baan met een vast contract. In 2011 vond 29 procent een vast contract relevant, in 2012 is dat gegroeid naar 35 procent.