Stijging cao-lonen met 2 procent
Transportbranche heeft de hoogste loonkosten.
De cao-lonen zijn in 2006 met 2 procent gestegen. Dat is veel hoger dan in 2005, toen de lonen met slechts 0,7 procent omhoog gingen. Dit blijkt uit cijfers van het CBS.
De geldontwaarding bedroeg in 2006 1,1 procent, zodat werknemers per saldo 0,9 procent meer te besteden hebben. Het verschil tussen de inflatie en loonstijging is sinds 1999 niet meer zo groot geweest.
Ondanks de vooruitgang, hoeft het niet te betekenen dat werknemers er in koopkracht op vooruit zijn gegaan, zo vermeldt het CBS. Het nettoloon is namelijk ook afhankelijk van de veranderingen in de premies die werknemers betalen voor pensioen, sociale verzekeringen en loonheffing. Bovendien liepen de effecten voor diverse werknemers sterk uiteen door invoering van het nieuwe ziektekostenstelsel.
De bedrijfstak vervoer en communicatie kende met 2,4 procent de grootste loonkostenstijging, een stijging van 0,2 procent meer dan de cao-lonen. Dit werd vooral veroorzaakt door de hogere werkgeverspremies voor pensioen.
De kleinste stijgingen werden gemeten in de energie- en waterleidingbedrijven, het onderwijs, de handel en de horeca. In de horeca stegen de loonkosten met 0,4 procent het minst. Ook in 2004 en in 2005 was de loonkostenstijging het kleinst in de horeca.