Managers vluchten weg voor verantwoordelijkheden.

Managers vluchten systematisch weg van hun verantwoordelijkheden. Ze delegeren hun eigen werk aan ondergeschikten, terwijl toezichthouders de andere kant opkijken. Dit gedrag wordt in de hand gewerkt door het sturen op resultaat, waarbij waarden en normen naar de achtergrond verdwijnen. Dat staat in het boek 'Managers zijn struisvogels' van adviesbureau Berenschot en het Nederlands Centrum van Directeuren en Commissarissen (NCD).

Voor het boek deden ruim 700 NCD-leden deden mee aan een onderzoek op internet. Daaruit komt naar voren dat de manager niet altijd diep genoeg in de eigen organisatie durft te kijken. Verder blijken managers nogal eens periodieke rapportages te negeren en onvoldoende interesse in klantrelaties te hebben. Bij één op de vijf managers leidt dit zelfs tot systematisch vermijdingsgedrag.

Werk delegeren
Van managers met een hoog vluchtgedrag, delegeert 20 tot 25% regelmatig zaken waar zij zelf tegenop zien. Managers die leidinggeven aan meer dan 200 medewerkers vertonen gemiddeld minder vluchtgedrag dan collega's die kleinere organisaties aansturen.

Opvallend is verder dat managers die één tot tien jaar ervaring als leidinggevende hebben in 25% van de gevallen een hoog vluchtgedrag vertonen, terwijl managers met méér dan tien jaar ervaring 12% scoren.

Rol toezichthouders
Volgens Berenschot-directievoorzitter (en hoogleraar Organisatie en Bestuurskunde aan de Universiteit van Tilburg) Theo Camps, is bij systematisch vluchtgedrag ook de rol van toezichthouders in het geding.

Volgens Camps geven toezichthouders ‘managers de kans om door te gaan met een bestuurswijze die niet goed is voor de organisatie’. In het ergste geval leidt dit ertoe dat aanvankelijk door hun toezichthouders bejubelde managers, een organisatie naar de afgrond leiden, waarschuwt Camps

Dialoog met medewerkers
Om vluchtgedrag te voorkomen is het nodig dat organisaties leidinggevenden ook selecteren op hun vermogen om de dialoog met medewerkers en stakeholders aan te gaan.

Verder is het te sterk sturen op resultaat - al dan niet gekoppeld aan individuele beloningen – doorgeschoten. In aanvulling daarop moet een sterker accent worden gelegd op leiderschap waarbinnen normen en waarden weer een belangrijke plaats innemen.