Hoger opgeleide medewerkers kunnen wel voor zichzelf opkomen, zou je denken. Toch durft bijna 4 op de tien overbelaste medewerkers niet aan te geven dat de werkdruk te groot is. Ze zijn dan bang om in de ogen van de werkgever te falen.
Tweederde van de hoger opgeleide Nederlanders gaat op het werk wel eens over eigen grenzen heen (65%), maar slechts de helft van hen trekt bij overbelasting aan de bel bij de werkgever. Dit blijkt uit onderzoek van trainings- en adviesbureau Van Harte & Lingsma onder meer dan 500 hoger opgeleide Nederlanders.
Gevoel van falen
Dat het allemaal wat teveel wordt, vertelt 37 procent niet aan de werkgever, uit angst om te falen. Vooral vrouwen zijn bang de werkgever of zichzelf teleur te stellen: bijna de helft (46%) voelt soms tot regelmatig een gevoel van falen wanneer overbelasting aangekaart wordt, vier procent ervaart dit gevoel altijd bij het bespreken van overbelasting.
Vrouwen ervaren ook meer druk op de werk-privé balans, namelijk 72 procent tegenover 59 procent van de mannen.
Werk gaat niet altijd voor
Ondanks dat het voor veel hoger opgeleide werknemers lastig is om de werk-privé balans te bewaken, gaat bij hen niet alles voor het werk. Zo is slechts 31 procent bereid om tijd met de kinderen op te geven voor het werk. Ook mag het werk voor veel hoger opgeleide werknemers niet ten koste gaan van tijd met de partner (61%).
Maar een schoon en opgeruimd huis wordt het makkelijkst aan de kant gezet voor het werk (78%). Opvallend is dat vrouwen minder bereid zijn tijd met overige familieleden op te geven voor hun werk dan mannen (68% versus 75%).