Iets meer dan de helft van de Nederlandse werkgevers werkt aan maatregelen om het personeel duurzaam inzetbaar te houden. Maar uiteindelijk zijn werknemers zelf verantwoordelijk voor hun eigen functioneren, vinden de werkgevers.

Dat blijkt uit een enquête van werkgeversvereniging AWVN in samenwerking met BNR Nieuwsradio.
 
Beleid om goed te functioneren
Duurzame inzetbaarheid staat voor een groot aantal maatregelen die ervoor moeten zorgen dat werknemers langer goed blijven functioneren. Dat kan doordat ze hun kennis en competenties op peil zijn gehouden en gezond aan het werk kunnen blijven.

Uit het AWVN-BNR-onderzoek blijkt dat meer dan een kwart (26%) van de werkgevers al dergelijk beleid uitvoert en dat nog eens ruim een kwart (27%) bezig is dergelijk beleid in te voeren. Slechts 11% van de respondenten is nog niet op één of andere manier bezig met verduurzaming van het personeelsbeleid.
Met de maatregelen voor duurzame inzetbaarheid hopen werkgevers vooral dat arbeidsproductiviteit (44% van de respondenten) en (bedrijfs-)flexibiliteit (45%) niet afnemen. Ook roosterproblemen door vergrijzing oplossen, scoort hoog als maatregel voor inzetbaarheid (40%).

Werknemer moet zelf werken voor inzetbaarheid
De grootste uitdaging voor de ontwikkeling van duurzame inzetbaarheid vindt 88% van de ondervraagde werkgevers ‘het verantwoordelijkheidsgevoel van medewerkers’. De medewerking van lijnmanagers (48%) komt op de tweede plaats.

Met de stelling ‘De werknemer is zelf verantwoordelijk voor zijn inzetbaarheid’ is 83% van de werkgevers dan ook het eens.