Kansen voor allochtonen die een eigen bedrijf beginnen.

Als jonge allochtone sollicitant moet je wel heel veel teleurstellingen leren verwerken. Want volgens onderzoekers van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) kiezen werkgevers veel vaker een blanke landgenoot dan een sollicitant met een exotische achternaam. De keuze is niet alleen gebaseerd op vooroordelen, want allochtone sollicitanten blijken vaak niet te beschikken over diploma’s en hebben moeite met de Nederlandse taal. Steeds meer allochtone jongeren beginnen daarom een eigen bedrijf en worden daarin steeds succesvoller, zo meldt het SCP.

Sinds 2001 is de werkloosheid onder alle allochtonen, van jong tot oud, meer dan verdubbeld, van bijna 10% in 2001 tot meer dan 20% in 2005. Van de Marokkanen zit 27% zonder werk, gevolgd door Antillianen (22%), Turken (21%) en Surinamers (16%). Onder alle autochtonen is de werkloosheid maar 9%. Van alle allochtone jongeren is 40% werkloos, tweemaal zoveel als onder autochtone jongeren.

In de strijd voor een baan leggen vooral allochtone jongeren en leden van de tweede generatie het volgens het SCP af tegen werkzoekenden met een hogere opleiding en meer werkervaring. Maar zelfs wanneer rekening wordt gehouden met verschillen in opleiding en leeftijd, hebben allochtonen minder kans op een baan dan autochtonen. Dit geldt vooral voor tweede generatie Marokkanen en eerste generatie Antillianen.

Positief nieuws
Naast alle verontrustende berichten, meldt het SCP ook goed nieuws. Nederland telt bijna 450 duizend niet-westerse allochtonen met een stabiele arbeidsmarktpositie: zij hebben een vaste baan of een onderneming die langer dan 1 jaar bestaat.

Het aandeel niet-westerse allochtonen met een stabiele arbeidsmarktpositie is tussen 1994 en 2004 toegenomen van 31% naar 41%. Deze toename is vooral het gevolg van de gestegen arbeidsparticipatie van allochtonen. Want het is niet zo dat in de afgelopen 10 jaar het aandeel allochtone werknemers met een vast dienstverband is toegenomen.

Ondernemers succesvol
Allochtonen die een onderneming oprichten, kunnen zichzelf uit de negatieve spiraal tillen. Het aantal allochtone ondernemers groeide van 21.000 in 1994 tot ruim 58.000 in 2004 (een stijging van 181%). Het aantal allochtone ondernemers dat meer dan een jaar actief is, is zelfs nog sterker toegenomen, van ruim 14.000 naar bijna 46.000 (een stijging van 221%). De relatieve toename van het aantal autochtone ondernemers is tussen 1994 en 2004 aanzienlijk geringer geweest (totaal: 65%, ondernemers langer dan 1 jaar actief: 78%).

Allochtone ondernemers zijn vaker actief in de horeca, de detailhandel en de groothandel. Maar steeds meer richten allochtone ondernemers zich op de bouw, de vervoer- en communicatiesector en vooral ook op de zakelijke en overige dienstverlening.

Allochtone ondernemers doen het weliswaar steeds beter, want er is een gestage toename van het aandeel startende ondernemers dat na 1 jaar nog actief is. Maar ook hier, zijn de overlevingskansen van autochtone ondernemers nog steeds gunstiger dan bij de niet-westerse ondernemers, aldus het SCP.