Behoefte aan doorleren in onderwijs blijkt groot
Leraren vragen massaal scholingsbeurs aan.
Duizenden leraren gaan een opleiding volgen om hogerop te komen. Met een lerarenbeurs, willen 7500 docenten weer zelf aanschuiven in de collegebankjes. Dat zijn er 6000 meer dan verwacht. Dat maakte het ministerie van OCW bekend.
De lerarenbeurs is één van de maatregelen uit het actieplan
Leerkracht van Nederland. Het kabinet wil daarmee leraren met een onderwijsbevoegdheid stimuleren een andere, of hogere, opleiding te volgen. Dit moet de professionaliteit van de leraren versterken.
Hoe goed het ministerie van onderwijs de wensen van het eigen personeel kent, is de vraag. Toen de lerarenbeurs werd bedacht, was de verwachting dat maximaal 1500 leraren een beurs zouden aanvragen. Maar dat werden er dus 7461. Minister Plasterk (OCW) verhoogt daarom het beschikbare subsidiebedrag voor 2008 van 7 miljoen euro naar 18 miljoen euro.
In januari 2009 wordt een tweede aanvraagtermijn opengesteld. Hiervoor is 19 miljoen euro beschikbaar.
Masterniveau
Bijna de helft van de leraren kiest voor een opleiding op masterniveau, 13% voor een opleiding op bachelorniveau. De overige leraren kiezen voor een korte opleiding om extra bekwaamheden te verwerven.
Bijna zes van de tien aanvragen komt uit het basisonderwijs, gevolgd door het voortgezet onderwijs (30%), het beroepsonderwijs (7%) en het hoger onderwijs (5%).