Natuurlijk kunnen werkgevers méér dan nu gebeurt afspraken maken met individuele medewerkers. Maar als het aan jongeren ligt, blijft de collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) bestaan. Maar deze moet dan wel op een andere manier tot stand komen om méér werknemers te betrekken bij de keuzes die worden gemaakt in de CAO. Dat blijkt uit een wedstrijd ("battle of concepts") die het Nederlands Centrum voor Sociale Innovatie heeft uitgeschreven onder studenten en jonge professionals. Het Nederlands Centrum voor Sociale Innovatie (NCSI) noemt verschillende redenen waarom er aanleiding is om eens goed na te denken over de toekomst van de CAO: de maatschappij en de werknemers die daarin leven, zijn individualistischer geworden de arbeidsmarkt is flexibeler geworden; steeds minder mensen werken als werknemer in vaste dienst bij één werkgever, het aantal ZZP-ers is sterk gegroeid de traditionele grenzen van bedrijven en arbeidsrelaties vervagen: organisaties werken steeds vaker samen in wisselende netwerken en voor het werk maken ze meer gebruik van mensen die géén vast dienstverband bij hen hebben werknemers willen vaker tijd- en plaatsonafhankelijk werken. Vakbonden Past de huidige CAO-praktijk nog wel bij deze trends? Een praktijk waarin werkgevers onderhandelen met vakbonden die vooral het snel slinkend aantal leden vertegenwoordigt dat een vast arbeidscontract heeft. Op zoek naar ideeën voor een CAO nieuwe stijl heeft NCSI een wedstrijd uitgeschreven onder studenten en jonge professionals via de site Battle of concepts. Dat heeft tot 35 vernieuwende concepten geleid. Een jury onder leiding van Hans van der Steen, directeur arbeidsvoorwaardenbeleid van werkgeversvereniging AWVN, heeft de ideeën van de jongeren beoordeeld. Collectieve afspraken Het viel de jury op dat alle inzenders vinden dat collectieve afspraken over arbeidsvoorwaarden moeten blijven. De meesten van hen willen in ieder geval het salarissysteem en het pensioen collectief regelen. Maar volgens de wedstrijd-deelnemers moeten afspraken over de arbeidsduur zoveel mogelijk op individueel niveau worden gemaakt. Bijvoorbeeld via een jaarurennorm. Deze stelt de werkgever in staat het werk effectief te spreiden en geeft werknemers meer mogelijkheden om werk en privé te combineren. Iedereen doet mee Verder vinden de meeste deelnemers dat CAO's op een andere manier tot stand moeten komen. Zij zien nog steeds een rol voor de vakbonden, maar eerder als expert op het terrein van arbeidsvoorwaarden dan als belangenbehartiger voor hun leden. Bij de totstandkoming van een CAO moeten alle medewerkers mee kunnen doen. Zij moeten ideeën kunnen aandragen en meebeslissen over de prioriteiten in de CAO. Om dit te organiseren, willen de inzenders volop gebruik maken van communicatietechnologie (bijvoorbeeld via een CAO-intranetsite) en sociale media. Zo stelt Marieke van Essen, student aan de Universiteit van Amsterdam, een online CAO-platform voor waar medewerkers tijdens het hele CAO-traject kunnen worden geraadpleegd en geïnformeerd. Van Essen die uiteindelijk de wedstrijd heeft gewonnen, oppert daarnaast om de collectieve arbeidsvoorwaarden ook gedeeltelijk open te stellen voor ZZP-ers. Via een zogenaamde basisregeling voor ZZP-ers moet deze groep toegang krijgen tot scholingsfondsen, de collectieve pensioenregeling en de arbeidsongeschiktheids-verzekering. Meer lezen? Inspiratiebundel CAO vernieuwing: jongeren aan het woord. Ook via Twitter kun je Personeelslog volgen: Twitter.com/Personeelslog.
Natuurlijk kunnen werkgevers méér dan nu gebeurt afspraken maken met individuele medewerkers. Maar als het aan jongeren ligt, blijft de collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) bestaan. Maar deze moet dan wel op een andere manier tot stand komen om méér werknemers te betrekken bij de keuzes die worden gemaakt in de CAO.
Dat blijkt uit een wedstrijd ("battle of concepts") die het Nederlands Centrum voor Sociale Innovatie heeft uitgeschreven onder studenten en jonge professionals.
Het Nederlands Centrum voor Sociale Innovatie (NCSI) noemt verschillende redenen waarom er aanleiding is om eens goed na te denken over de toekomst van de CAO:
Collectieve afspraken
Het viel de jury op dat alle inzenders vinden dat collectieve afspraken over arbeidsvoorwaarden moeten blijven. De meesten van hen willen in ieder geval het salarissysteem en het pensioen collectief regelen.
Maar volgens de wedstrijd-deelnemers moeten afspraken over de arbeidsduur zoveel mogelijk op individueel niveau worden gemaakt. Bijvoorbeeld via een jaarurennorm. Deze stelt de werkgever in staat het werk effectief te spreiden en geeft werknemers meer mogelijkheden om werk en privé te combineren.
Iedereen doet mee
Verder vinden de meeste deelnemers dat CAO's op een andere manier tot stand moeten komen. Zij zien nog steeds een rol voor de vakbonden, maar eerder als expert op het terrein van arbeidsvoorwaarden dan als belangenbehartiger voor hun leden.
Bij de totstandkoming van een CAO moeten alle medewerkers mee kunnen doen. Zij moeten ideeën kunnen aandragen en meebeslissen over de prioriteiten in de CAO. Om dit te organiseren, willen de inzenders volop gebruik maken van communicatietechnologie (bijvoorbeeld via een CAO-intranetsite) en sociale media.
Zo stelt Marieke van Essen, student aan de Universiteit van Amsterdam, een online CAO-platform voor waar medewerkers tijdens het hele CAO-traject kunnen worden geraadpleegd en geïnformeerd.
Van Essen die uiteindelijk de wedstrijd heeft gewonnen, oppert daarnaast om de collectieve arbeidsvoorwaarden ook gedeeltelijk open te stellen voor ZZP-ers. Via een zogenaamde basisregeling voor ZZP-ers moet deze groep toegang krijgen tot scholingsfondsen, de collectieve pensioenregeling en de arbeidsongeschiktheids-verzekering.
Meer lezen?
Inspiratiebundel CAO vernieuwing: jongeren aan het woord.
Ook via Twitter kun je Personeelslog volgen: Twitter.com/Personeelslog.