Steun uit vakbeweging voor plannen minister De Geus.

Ruim eenderde van alle werknemers krijgt onvoldoende of geen bijdrage voor kinderopvang van hun werkgever. Dit blijkt uit een onderzoek naar de werkgeversbijdragen in de kosten voor kinderopvang. Minister De Geus van SZW wil werkgevers daarom vanaf 2007 gaan verplichten om mee te betalen aan de kinderopvang. Vakbond CNV is het met de minister eens, maar werkgeversorganisatie VNO-NCW vindt het te vroeg om werkgevers verplicht te laten bijdragen aan de kinderopvang.

In de Wet kinderopvang in 2005 is vastgelegd dat ouders, overheid en werkgevers ieder eenderde deel van de kosten voor kinderopvang betalen. Bedrijven mogen nu nog zelf beslissen of ze hun werknemers in de kosten tegemoetkomen. Ruim éénderde doet dat dus niet. Minister De Geus vindt dit teleurstellend omdat kinderopvang ouders helpt om arbeid en zorg te combineren.

Met werkgevers- en werknemersorganisaties is toen afgesproken dat in 2008 90 procent van alle werknemers eenderde deel van de kosten voor kinderopvang voor kinderen van 0 tot en met 12 jaar van hun werkgevers vergoed krijgen. Dat betekent dat beide ouders van hun werkgever ieder een zesde deel van de kosten betaald krijgen. De Geus denkt dat het onwaarschijnlijk is dat dit streefcijfer gehaald wordt en stelt dus voor om per 1 januari 2007 een verplichte werkgeversbijdrage in te voeren. De minister bespreekt de resultaten nog wel met de sociale partners in de Stichting van de Arbeid en vervolgens in het kabinet.

De verplichte werkgeversbijdrage zal worden geïnd via een verhoging van het werkgeversdeel van de WW-premie. De lasten voor werkgevers zullen echter niet toenemen omdat het kabinet van plan is de winstbelasting voor bedrijven te verlagen.

Werknemers en werkgevers verdeeld
Ook als het aan het CNV ligt, worden werkgevers verplicht bij te dragen aan de kinderopvang en komt er één loket voor de vergoeding van de kosten. Werkgevers met veel werknemers met zorgtaken in dienst worden daarbij net zo zwaar belast als werkgevers zonder medewerkers met zorgtaken in dienst.

Volgens het CNV werken teveel werknemers - en te vaak vrouwen - niet omdat de kinderopvang niet goed geregeld is. Het is te ingewikkeld en teveel werkgevers komen niet over de brug met de volledige bijdrage. Vandaar dat het CNV inzet op een verplichte werkgeversbijdrage, een loket voor de vergoedingen en toegankelijkheid voor iedereen, dus ook zelfstandigen zonder ‘baas’.

VNO-NCW is het juist niet eens met het voornemen van minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om de werkgeversbijdrage aan de kinderopvang verplicht te stellen. Volgens de werkgeversorganisatie is het te vroeg om nu al te concluderen dat er onvoldoende werkgevers vrijwillig bijdragen aan de kosten voor kinderopvang.

VNO-NCW stelt dat ruim 86 procent van de werknemers nu al voor een werkgeversbijdrage in aanmerking komt. Ten opzichte van vorig jaar is dit een spectaculaire stijging. Volgens VNO-NCW moet worden afgewacht hoe de hoogte van de bijdrage zich het komend jaar verder ontwikkelt. Daarna kan pas een definitief oordeel worden geveld over de vrijwillige bedrage.