Omdat bedrijven nog steeds moeite hebben om personeel te vinden, gaan de lonen flink omhoog. Dat druist in tegen de Nederlandse reflex om lonen vooral te matigen, want dat zou immers beter zijn voor de werkgelegenheid en de concurrentiepositie van ons land. Maar economen denken daar nu anders over: hogere lonen kunnen juist tot hogere groei en productiviteit leiden.
Het bruto uurloon steeg vorig jaar met gemiddeld 7 procent. Dit is de grootste stijging sinds 1978, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Deze stijging was ruim 1 procent hoger dan de cao-lonen, die met 5,9 procent stegen. In tijden van arbeidsmarktkrapte bieden werkgevers vaker meer loon om medewerkers aan te trekken en tevreden te houden. Maar werkt dat ook? En leidt meer tevredenheid over het loon tot een hogere productiviteit?
Heer meer geld, hoe harder we werken
Volgens de economische theorie, zouden lonen in een vrije arbeidsmarkt gelijk moeten zijn aan de marginale productiviteit, stelt Thijs Knaap, hoofdeconoom van pensioenuitvoeringsorganisatie APG. Op die manier drukt de hoogte van het loon uit hoeveel producten één arbeidskracht kan produceren. Betaalt een werkgever dit loonbedrag niet, dan gaan mensen in theorie op zoek naar een andere baan, aldus Knaap.
Maar dat is eigenlijk te simpel gesteld, meent Knaap. Men gaat ervan uit dat mensen een vaste productiviteit hebben en dat vervolgens omzetten in geld. Het kan ook andersom werken: wanneer mensen meer geld krijgen, zullen ze harder gaan werken. Knaap verwijst naar de ‘efficiency wage theory’ van Stiglitz en Shapiro uit 1984. Zij stellen dat als de werkgever iets meer betaalt dan noodzakelijk is, dit kan leiden tot meer motivatie en inspanning van werknemers, omdat ze hun baan willen behouden.
Hoger loon heeft ook voordelen
Als arbeid (te) duur is, wordt het voor ondernemers aantrekkelijker om innovaties in te zetten die de productiviteit van werknemers helpen verhogen, zogeheten arbeidsbesparende technologie. Slimme hulpmiddelen zijn weliswaar duur, maar als de lonen steeds hoger worden, komt vanzelf het omslagpunt in zicht waarbij de aanschaf aantrekkelijk is. Als de dure werknemer daarmee sneller kan werken, wordt zijn/haar hogere loon daarmee ‘terugverdiend’ en waarschijnlijk nog wel meer. Dat terugverdienvoordeel is er eerder als werknemers hogere lonen hebben.
Er is nog een ander voordeel van werknemers die steeds meer loon krijgen. Door de loonsverhoging komt meer geld in omloop en stijgt de vraag naar producten. Dit stimuleert weer de productiviteit, omdat bedrijven meer verkopen doordat werknemers meer te besteden hebben.
Deze twee modellen laten zien dat lonen omhoog kunnen zonder dat dit leidt tot hogere werkloosheid. Het kan zelfs leiden tot meer productiviteit en economische groei.
Mensen gelukkiger van hoger loon
In Nederland is de visie op loonmatiging de laatste jaren dan ook veranderd. Er is nu meer steun voor hogere lonen. Volgens Knaap zijn de opvattingen van economen zelfs 180 graden gedraaid: van loonmatiging, tot pakweg tien jaar geleden, naar de situatie nu, waarin we zeggen dat de lonen niet hoog genoeg zijn omdat hogere lonen voor productiviteit zorgen en de economie ten goede komen.
Er zijn ook experimenten gedaan in de VS, waaruit bleek dat de werkgelegenheid profiteert van hogere lonen. Ook in Nederland heeft onderzoek dit aangetoond. Bovendien blijken mensen gelukkiger te worden van een hoger loon. Uitzondering hierop is de groep mensen die ‘chronisch ontevreden’ is.