Leren van kleine fouten, voorkomt rampen
Organisaties moeten oorzaken actief opsporen.
Organisaties kunnen hun voordeel doen met fouten, ook als die maar weinig negatieve gevolgen hebben gehad. Door van ‘kleine’ fouten te leren, kunnen in de toekomst grotere rampen worden voorkomen. Dat stelt Gert J. Homsma in zijn proefschrift
Making errors worthwhile determinants of constructive error handling, waarop hij op 24 oktober promoveert aan de
Vrije Universiteit in Amsterdam.
Mensen zijn feilbaar en maken dus ook als werknemer fouten. Daarom is het van groot belang dat organisaties hierop inspelen, stelt Homsma. Fouten worden doorgaans in één adem genoemd met negatieve gevolgen. Zijn proefschrift toont echter aan dat organisaties ook hun voordeel kunnen doen met fouten.
Tolerant en daadkrachtig
Werknemers leren het meest van fouten in een organisatiecultuur die zowel tolerant als daadkrachtig is bij de behandeling van fouten. Als organisaties tolerant zijn voor werknemers die fouten maken, leidt dat tot een open organisatiecultuur.
Toch grijpen werknemers die openheid niet vanzelfsprekend aan om van hun fouten te leren. Dat gebeurt alleen als organisaties hun werknemers actief aanmoedigen de oorzaken van fouten bloot te leggen.
Kleine rampen
Het is vooral belangrijk om ook te leren van fouten die niet direct tot negatieve gevolgen leiden. Deze fouten vallen maar weinigen op, vanwege de beperkte gevolgen. Daarom wordt er vooral geleerd van opvallende fouten die tot (kleine) rampen leiden. Maar werknemers en managers moeten van alle fouten kunnen leren, stelt Homsma.
Want fouten die niet direct tot ernstige negatieve gevolgen leiden, kunnen ook interessante aanknopingspunten bevatten. Als die worden uitgewerkt en toegepast in de organisatie, kunnen toekomstige fouten met catastrofale gevolgen wellicht voorkomen worden.