Managers die het beste uit hun medewerkers willen halen, moeten niet alleen maar dominant, uitleggerig en enthousiasmerend zijn. Door hun managementstijl te verrijken met onconventionele verandertechnieken, worden ze veel effectiever.

Als het om gedragsverandering gaat weten managers zelden hun medewerkers te prikkelen. Dit komt omdat ze geen goede alternatieven voor hun gebruikelijke managementstijl paraat hebben. Hierdoor laten ze op de werkvloer een enorm potentieel liggen, concludeert trainer en auteur Gerald Morssinkhof in het nieuwe boek 'Gedraag je!'

De onwetende manager kiest constant de rol van een ‘dominant, inhoudelijk uitleggerig en enthousiasmerend type’, licht Morssinkhof toe. ‘Dat komt omdat managers niet goed weten hoe met gedrag om te gaan, waardoor ze vanuit de inhoud in plaats van gedrag mensen proberen te sturen en te veranderen. En dat kan nooit de bedoeling zijn’.

Onconventionele verandertechnieken
Volgens Morssinkhof  gooit de manager ‘met zijn dominante aanpak eerder olie op het vuur dan dat het bijdraagt aan een vruchtbare oplossing’. Het probleem is dat managers hierdoor bijdragen aan datgene wat ze willen voorkomen, namelijk ‘gedoe’ op de werkvloer.

Door onconventionele verandertechnieken te hanteren, kan de manager meer bereiken. Deze technieken sluiten niet aan op de gebruikelijke werkwijze en passen ook niet bij de traditionele invulling van de rol van manager. Maar dat maakt ze juist uiterst effectief om gefixeerd gedrag te veranderen. Door je anders op te stellen, creëer je een veranderbeweging. En dat is volgens Morssinkhof precies wat medewerkers nodig hebben.

Geen argumenten maar gedragsprincipes
Managers willen veranderingen vaak bewerkstelligen door argumenten te geven om daarmee medewerkers te overtuigen waarom het anders moet. Dat lijkt rationeel heel logisch, maar sluit niet aan op hoe mensen met elkaar omgaan en werken.

Onconventionele verandertechnieken zijn effectief omdat ze uitgaan van menselijke gedragsprincipes. In het boek staan vijf gedragsprincipes: identificatie, nabijheid, statusbevestiging, in- & uitsluiting en naar de zijkant kijken. Gecombineerd met deze principes werken de onconventionele technieken beter. Ze doorbreken ingesleten patronen, brengen een beweging in het team of de organisatie op gang en voorkomen dat er negatieve terugkoppelingsmechanismen ontstaan, waardoor de verandering overgaat in een versnelling, belooft Morssinkhof.