Lage verwachtingen, ondanks beter netto-loon.

Hoewel de overheid voorrekent dat de meeste Nederlanders er in koopkracht op vooruit gaan in 2009, zijn er maar weinigen die dat ook echt geloven. Maar één op de zeven Nederlanders denkt dat de eigen koopkracht dit jaar beter is dan in 2008. Eén op de drie denkt dat zijn of haar koopkracht hetzelfde zal zijn, terwijl de helft van de Nederlanders een verslechtering verwacht. Dat blijkt uit onderzoek van TNS-NIPO in opdracht van RTL-nieuws.

Werknemers profiteren het meest van de koopkrachtstijging, omdat zij dit jaar geen WW-premie meer hoeven af te dragen. Maar ondanks dat deze maatregel enkele tientjes per maand extra oplevert, verwacht slechts twee op de tien fulltime werkenden een verbetering van de koopkracht. Daar tegenover verwacht 42 procent van de fulltimers een verslechtering van de koopkracht.

Parttimers scoren precies gemiddeld: 14 procent verwacht een verbetering, 49 procent verwacht een verslechtering.

Geen geloof in verbetering
Economen wijzen de laatste tijd op het gevaar van deflatie: een situatie waarin het geld meer waard wordt en prijzen zullen dalen. In die verlammende economische situatie worden aankopen uitgesteld omdat de prijs in de toekomst lager zal zijn; tegelijkertijd wegen schulden steeds zwaarder.

Maar Nederlanders geloven helemaal niet in prijsverlagingen. Velen denken dat allerlei kosten in 2009 juist zullen stijgen. Ook geloven veel mensen dat de prijzen van producten en diensten omhoog zullen gaan.

Een grote groep mensen wil er ook gewoon niet aan dat ze meer salaris overhouden dan in 2008, ook al is dit aantoonbaar wel het geval. Dit ongeloof, samen met alle berichten over de kredietcrisis, zorgt voor een laag vertrouwen in de eigen financiële toekomst.

Rijkeren zijn positiever
Nederlanders met een hoog bruto gezinsinkomen ( > 56.000 euro) zijn een stuk positiever dan mensen met lagere inkomens. Maar ze blijken toch niet uitgesproken positief. Drie op de tien van deze 'rijkeren' verwacht dat de eigen koopkracht in vergelijking met 2008 zal verbeteren. Toch denkt een derde dat deze zal verslechteren. Voor de gemiddelde Nederlander liggen deze percentages op 14 procent 'beter' en 50 procent 'slechter'.

Arbeidsongeschikten, werkzoekenden, huisvrouwen of -mannen en gepensioneerden zijn somberder over hun koopkracht dan werkenden. Alleen studenten zijn iets positiever dan parttimers (16 procent van de studenten verwacht een verbetering, 44 procent een verslechtering).