Dit artikel geeft inzicht in hoe schijnzelfstandigheid kan worden voorkomen. Zo kunt u als opdrachtgever blijven werken met zzp'ers, waarbij u het risico op naheffingen en boetes zo klein mogelijk maakt.

Als opdrachtgever wilt u graag de flexibiliteit om met zelfstandige opdrachtnemers (zzp’ers) te werken zonder risico te lopen dat de Belastingdienst deze arbeidsrelatie als verkapt dienstverband ziet. De Wet DBA (Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties) stelt voorwaarden aan hoe u kunt samenwerken met zelfstandigen om te voorkomen dat deze relatie wordt aangemerkt als loondienstverband. 

Waarom is schijnzelfstandigheid een probleem?
Schijnzelfstandigheid ontstaat als een zzp'er eigenlijk in een situatie werkt die lijkt op een dienstverband (en dat volgens de regels ook écht is), terwijl voor dit werk iemand als zelfstandige wordt ingehuurd.Voor opdrachtgevers betekent dit risico's op onverwachte loonbelastingen, premies volksverzekeringen en mogelijke boetes.Bovendien kan de Belastingdienst met terugwerkende kracht naheffingen opleggen als blijkt dat de arbeidsrelatie niet voldoet aan de voorwaarden voor zelfstandigheid. Dit kan voor aanzienlijke kosten zorgen en onzekerheid met zich meebrengen.

De zzp'er loopt ook risico, want hij of zij kan met terugwerkende kracht fiscale ondernemersvoordelen kwijtraken. Dat kan over de jaren optellen tot een fors bedrag dat aan de fiscus moet worden terugbetaald.