Werknemers met ‘combinatiebanen’ stapelen meerdere deeltijdbanen of hebben een bedrijf naast hun baan in loondienst. De Sociaal Economische Raad (SER) gaat kansen en knelpunten van combinatiebanen in kaart brengen.

SER-voorzitter Mariëtte Hamer

Combinatiebanen lijken geen marginaal verschijnsel meer. Daarom vraagt de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de SER om het verschijnsel combinatiebanen te onderzoeken en daarbij de mogelijke knelpunten en kansen in kaart te brengen. De verkenning van de SER moet een basis vormen voor het brede gesprek dat het kabinet over combinatiebanen wil aangaan.

Wenselijke aanvulling op arbeidscontracten?
De minister spreekt van combinatiebanen als mensen meerdere (deeltijd-) dienstverbanden hebben of als mensen het zelfstandig ondernemerschap combineren met een baan in loondienst. In dit laatste geval heeft men het over hybride ondernemerschap (of werknemerschap).

De SER gaat voor de minister de feiten rond combinatiebanen in beeld brengen, de gevolgen onderzoeken en een advies formuleren. De Raad bespreekt daarbij of en wanneer combinatiebanen een wenselijk verschijnsel zijn en of ze een interessante, wenselijke aanvulling kunnen zijn op meer traditionele arbeidscontracten.

Obstakels en kansen
De Raad gaat ook in kaart brengen wat de praktische belemmeringen zijn voor werkgevers en werknemers bij het combineren van banen. Hierbij kan het gaan om belemmeringen die ontstaan door overheidsbeleid alsook om praktische obstakels op de werkplek zelf.

Ook vraagt de minister aandacht voor de kansen die combinatiebanen bieden, bijvoorbeeld om een transitie op de arbeidsmarkt te vergemakkelijken of meer afwisseling in het werk te brengen.

MIS NIKS MEER: Schrijf je hier in voor de gratis HR-nieuwsbrief