Steeds meer bedrijven verlangen van hun werknemers dat zij actief zijn op netwerksites als Facebook. Werkgevers zien hier steeds meer voordelen in voor het werk.
Steeds meer bedrijven verlangen van hun werknemers dat zij actief zijn op netwerksites als Facebook. Werkgevers zien hier steeds meer voordelen in voor het werk.
Nog niet zo lang geleden waren werkgevers vooral benauwd dat medewerkers met hun accounts op Facebook en Twitter de reputatie van het bedrijf konden schaden. Wat moeten klanten niet denken van de opvattingen of bijzondere hobbies van een werknemer?
En inmiddels weten we dat een update op Facebook zelfs reden voor ontslag zijn kan zijn.
Omslag bij bedrijven
Is er een omslag gaande? Waren werkgevers eerst bang dat hun medewerkers iets onwelgevalligs publiceerden via netwerksites, maar vrezen ze nu juist dat werknemers géén gebruik maken van online netwerken voor hun werk?
Zeker is wel dat werkgevers steeds meer de voordelen inzien van medewerkers die actief zijn op Facebook en andere netwerken:
Privacy werknemer
Zo zijn er bedrijven die willen dat hun medewerkers lid worden van Facebook. Bijvoorbeeld omdat de werkgever dan een Facebook-groep of -pagina kan aanmaken, waarmee hij een gratis kanaal heeft voor interne communicatie. Deze groepen zijn makkelijk te vinden bij Facebook door te zoeken op termen als 'werknemers' en 'medewerkers'.
Volgens internetjurist Arnoud Engelfriet kan de interne communicatie geen reden om werknemers te dwingen op Facebook te gaan. "Het lijkt me niet dat de werkgever dit kan eisen", schrijft Engelfriet op zijn weblog.
"Een Facebookprofiel telt als verwerking van persoonsgegevens, en dat kan een werkgever alleen van een werknemer eisen als dat óf nodig is voor het werk óf er een zeer dringend belang is dat zwaarder weegt dan de privacy van de werknemer."
Werknemers die hun werk- en privé-leven graag gescheiden houden, hebben hier overigens al een oplossing voor. Zij maken een tweede Facebook-account aan. Daarbij kiezen ze vaak voor een vage foto zodat ze niet makkelijk worden herkend.
Telegraaf
Een ander voorbeeld van een werkgever die zijn medewerkers graag op sociaal netwerken ziet, is het mediaconcern De Telegraaf. Deze week heeft de site Geen Stijl (zelf ook een onderdeel van het Telegraaf-concern) de social media-richtlijnen van het bedrijf gepubliceerd.
"We zijn voor het bezoek aan onze websites meer en meer afhankelijk van degenen die ons nieuws delen. Dat moet vooral als een kans gezien worden. Door vrienden aangeraden nieuws, wint aan relevantie en dat doet ons bezoek stijgen", aldus de hoofdredactie van De Telegraaf. "Het is dan ook essentieel dat wij met De Telegraaf of met onze andere nieuwsmerken op social media actief worden."
Georganiseerde actie niet toegestaan
Uit de richtlijnen blijkt dat De Telegraaf zich intensief wil bemoeien met de activiteiten van zijn medewerkers op Facebook, Twitter, Google+ en andere online netwerken. Enkele citaten hieruit:
Maar het ene netwerk is het andere niet. Werknemers kunnen deze op verschillende manieren inzetten; bijvoorbeeld LinkedIn om zakelijke relaties te onderhouden en Facebook om te communiceren met vrienden en familie.
Sociale media zijn altijd persoonlijke communicatiekanalen. Ze verliezen snel aan waarde als werknemers deze alleen mogen gebruiken als kleurloos verlengstuk van het bedrijf waar ze op dat moment toevallig werken. Mensen zijn geïnteresseerd in het wel en wee van hun vrienden, niet in de opvattingen van hun werkgevers.
En voor bedrijven die sociale media graag willen gebruiken voor de interne communicatie, zijn er uitstekende alternatieven; bijvoorbeeld de gratis versie van Yammer. Zo kunnen werkgevers profiteren van de voordelen zonder dat ze daarbij inbreuk maken op de privacy van hun medewerkers.
Lees ook:
10 argumenten waarom HR zich met sociale media moet bemoeien.